Ride - Interplay

Wichita Recordings

Interplay

We hebben de eerste golf van enthousiasme en kritiek over de nieuwe plaat van Ride laten overwaaien. Want je bent ofwel een devoot fan, die het Britse kwartet rond Mark Gardener en Andy Bell van de begindagen aanhangt en in je handen blijft wringen hoe Ride in het tweede leven na vijftien jaar stilte toch niet meer dezelfde noisy shoegazeband is als in de nineties, ofwel ben je een minderheid, die de nieuwe Ride leerde kennen op aandringen van die eerste categorie en heb je de platen ‘Weather Diaries’ en ‘This Is Not A Safe Place’ in je kast staan om af en toe een stukje leuke poprock af te spelen. Of je behoort tot die zeldzame bende die gewoonweg erg blij is met beide maskers van Mark, Andy en co.

Op de zevende langspeler lijken de heren in elk geval de weg voor het publiek terug een beetje open te trekken. Wat zoveel betekent als zowel afgebakende, luistervriendelijke liedjes als een bijna onophoudelijke wall of sound van razende en galmende gitaren, die de luisteraar meezuigen in de psychedelica. En hoewel je allicht op andere kanalen andere meningen zal tegenkomen, durven wij hierbij toch voorzichtig spreken van “the best of both worlds”.

Dus ja, ‘Interplay’ is wel degelijk de Ride-plaat waar wij op zaten te wachten. Met zowel lazy dubbelzangmomenten vol slepende galmklanken als Light In A Quiet Room (waarin we bijna Charlatansiaanse vibes ontdekken) die uitmonden in een waanzinnige, wollen wall of sound als stevig van leer trekkende tracks als Portland Rocks. En ook al wat daartussen ligt. De ene keer vol levenslust en energie, de andere keer nogal donker en somber, zoals een enkel van wazige halo’s voorzien, toefluisterend einde: “Sometimes it’s too much to leave your comfort / But remember, what’s in the past is gone / And yesterday is just a song”. Met enkele muzikale opflakkeringen van hoop erbij.

In elk geval neemt Ride ons op deze plaat de hele tijd op sleeptouw zonder dat we willen lossen. En dat is echt wel iets nieuws. Want er was in het verleden altijd wel zo’n momentje van “Hoeft dit wel?” te bespeuren. Dat gaat zelfs die devote fan moeten toegeven. Op ‘Tarantula’ waren de heren bijvoorbeeld meer dan de helft van de keren de pedalen kwijt. Maar nu lijkt de nood om “even iets anders te doen” niet meer aanwezig.

Je krijgt een album met een mooie constante gloed. Met snellere en tragere liedjes. Nooit aanslepend of langdradig, maar wel altijd keurig in het shoegazevakje passend. En dat zeggen we zelfs over een in LSD ondergedompeld nummer als Essaouira – met een dikke zeven minuten goed voor de top drie van langste Ride-studiosongs op plaat. Laat ons gerust nog even in deze enthousiaste roes. Wij zijn helemaal mee met Ride anno 2024.

20 april 2024
Johan Giglot