30.000 Monkies - Honesty Integrity Friendship Passion

ConSouling Sounds

Honesty Integrity Friendship Passion

Stel je voor: 30,000 monkeys in je huis. Een nachtmerrie die je zelfs Jommeke en zijn vriendjes niet toewenst. Sinds een dozijn felle jaren heeft dit combo uit Beringen als duidelijke missie het doen scheuren van trommelvliezen en luidsprekermembranen met behulp van de vuilste sludge doommetal die je jezelf kan voorstellen. En zonder er doekjes om te winden: deze vijfde bandrelease zal hiervoor niet onderdoen.

Met de brede glimlach natuurlijk. Zoals het onschuldige, aaibare hondje met stralenkrans je op de hoes toelacht (terwijl boven zijn hoofd vaag het logo van 30,000 Monkies in een bliksemschicht dreigt). ‘Honesty Integrity Friendship Passion’ lijkt enkel al met de titel de goedheid zelve, als vier waarden waarmee een mens een hoger goed kan bereiken.

Dat meppen de vier heren in evenveel tracks keihard terug in je gezicht. Want deze plaat is een beleefplaat die zo rauw, ruw en zelfs pijnlijk klinkt, dat het contrast tussen vorm en inhoud niet groter kan zijn. Te beginnen met de synthese van dit album: het nummer Honesty: een snelle, luidruchtige sneltrein van overstuurde gitaren die snel en expliciet hakken, waardoor Ruben als een gekeeld varken krijst, en dat als een ADHD-patiënt wisselt van structuur. Iets wat overigens ontzettend oncomfortabel aanvoelt voor dit genre dat gewoon is om lang en langzaam in de noiselandschappen, als een reus die aardbevingen veroorzaakt, op de grond te stampen.

Opvolger Integrity gooit het over een totaal andere boeg: als een lange droomtoon en ambientscape waarin synth en gitaar versmelten. Die meer en meer ontdubbelt en brede registers opentrekt om uiteindelijk in een noise van ruis uit te monden. En dan gaat het geheel over in Friendship. Met veel theatrale klanken, gierende en overstuurde lawaaigitaren en een scherende psychedelica. 30,000 Monkies heeft met hoge, schrapende drones een manier gevonden om de menselijke pijngrens te bereiken in deze dense track.

En dan volgt een apocalyps van twaalfeneenhalve minuut. Te beginnen met ronkende, trage aanslagen (alweer in hoge registers) en een harmonica-achtige vervorming. Met langzame cadans giert en scheurt Passion onderhuids, maar klinkt in de oneindige diepgang toch getormenteerd en luidruchtig. De morbide, holle grafzerkoerkreten halfweg komen nauwelijks boven het overstuurd gegier uit. Gekrijs. Geloei. Genadeloos. Met een letterlijke auditieve marteling slaat dit kwartet sludgetaferelen van ISIS of AmenRa tot pulp.

Dat kan je zowat verwachten achter die lieve puppy-oogjes. Wat zou het leuk zijn moest iemand gewoon nog eens het lef hebben om op basis van een hoes nieuwe muziek te ontdekken. En wat zouden wij dan graag een vlieg zijn...

29 september 2022
Johan Giglot