Amplifier - The Octopus
ampcorp
Om eerlijk te zijn, we zijn fans van het eerste uur van bands die hardnekkig, tegendraads en wars van de muziekindustrie hun verdomde goesting doen. Van muzikanten die hun eigen geluid laten primeren en daar gerust enkele opofferingen voor willen doen krijgen we absoluut nooit genoeg. Het Britse Amplifier is zo’n eigenzinnig trio dat niet te beroerd is om eerst een jaar te jammen, dingen uit te proberen, te componeren en te verfijnen, om daarna nog eens twee jaar lang in de studio te duiken tot hun nieuwste pareltje helemaal af is. Amplifier presenteert nu: ‘The Octopus’.

Zestien nummers telt deze dubbel-cd zo maar eventjes. Amplifier heeft, met ‘Tommy’ van The Who in het achterhoofd, zijn eigen ‘The Wall’ of ‘Operation Mindcrime’ bij elkaar gepend.
We kunnen kort zijn: Amplifier maakt het de luisteraar gemakkelijk. ‘The Octopus’ ligt meteen zacht in het oor, maar is wel een prachtig werk geworden. Wie eerst nog overtuigd wil worden vindt gratis het mooie The Wave op de site van de band. Dit pareltje start vanuit een zweverige chant en evolueert naar een beenharde groove die zo uit de Tool-catalogus had kunnen komen.
Je kan trouwens zowat de hele 'Octopus' beluisteren op de Amplifier-site, en dat tripje willen we van harte aanbevelen. De twee uur durende reis die het trio voorschotelt is boeiend, gevarieerd, en verveelt nauwelijks in de repetitieve of monotone gedeeltes. Titelnummer The Octopus klokt zo maar eventjes af op negen minuten. Via gelaagde zang, een traag slepende groove en krachtige explosies houdt het nummer de aandacht vast.
Dat zanger, gitarist en producer Sel Balamir niet over de wereldstem van James Maynard Keehan bezit stoort dan ook nooit. De man weet dat fluisteren soms dreigender kan zijn dan schreeuwen en benut die wetenschap ten volle. Zijn stemtimbre zal echt niemand in de weg lopen, al blijft hij soms wat te lang neutraal.
Gelukkig zijn er voldoende kleine, storende elementen aanwezig; elementen zoals het mooi pianodeuntje dat vakkundig in de grond gestampt wordt. We verklappen verder niks. Ontdek het zelf maar. De tweede cd bevat meer nummers met prog-elementen, zoals het sublieme Interstellar, dat op een repetitieve prog-groove geënt is.
Na twee uur Amplifier moet je niet even gaan zitten, maar zet je zonder morren de eerste cd nog een keer op. Wat mankeert er aan deze release? We konden weinig nummers vinden die buiten de context van de cd’s als potentiële singles zouden scoren. Misschien komt The Emperor nog net in aanmerking. Dat nummer kan prat gaan op bijtende chaos, eenzelfde groove en ontelbaar veel gewelddadige humeursveranderingen. We zijn wel razend benieuwd om te zien hoe de heren het er live vanaf gaan brengen.
We moeten helaas wachten om Amplifier in ons landje live aan het werk te zien, tenzij we naar de Tilburgse 013 trekken in mei. Onze koffer is dan ook al gepakt.