Andy Burrows - Company
Play It Again Sam
‘Company’ is na ‘The Colour Of My Dreams’ uit 2008 het tweede soloalbum van multitalent Andy Burrows. Single Keep On Moving On kregen we na één beluistering al niet meer uit ons hoofd. En dus waren we benieuwd of er nog meer pareltjes te ontdekken zijn op ‘s mans nieuwe plaat.

Andy Burrows is van vele markten thuis. Fans van Razorlight kennen hem al langer als drummer van de Engels-Zweedse groep, die hij in 2009 verliet. Minder bekend is dat hij een begenadigd songwriter is; hij schreef voor Razorlight onder meer de wereldhit America. Dat hij bovendien ook kan zingen, werd duidelijk toen hij eind vorig jaar samen met Tom Smith van Editors ‘Funny Looking Angels’ uitbracht. Met When The Thames Froze bewezen beide heren dat een kerstsong niet noodzakelijk melig hoeft te klinken.
Die meligheid weet Burrows gelukkig ook te vermijden op zijn nieuwe plaat, die in tien klassieke popliedjes het verhaal van het eind van een relatie vertelt. De Beatles zijn nooit ver weg, en dat is een compliment. Burrows beheerst tot in de puntjes de kunst om een goede popsong te schrijven.
Dat bewijst hij meteen met openingsnummer en titeltrack, Company. Maar nog meer met Because I Know That I Can, waarin Burrows' stem Beach Boys-gewijs de hoogte in gaat. Een nummer met de perfecte popsongingrediënten: een schitterende tekst, een geweldige melodie en een catchy refrein. Voor ons dé uitschieter op de plaat. En blijkbaar ook voor Burrows zelf, want hij vond het nummer, dat hij samen met Mark Ronson schreef, zo goed dat hij besloot het voor zichzelf te houden.
De ex-drummer zorgt samen met medeproducer Tim Baxter voor voldoende variatie. Het begin van Keep on Moving, met de akoestische gitaar op de voorgrond, zou door Lennon en Mc Cartney geschreven kunnen zijn. Het nummer weet bovendien te verrassen met een pure rock-’n-rollpassage, waarin Keith Murray van We Are Scientists zijn gitaar mag laten scheuren.
Maybe You start dan weer gezapig, traag en weemoedig met engelachtige achtergrondkoortjes in het refrein, maar halverwege lijkt het wel of er een volledige brassband langskomt. In het pakkende If I Had A Heart mogen de strijkers voluit gaan, net als in het machtige Hometown. Het zijn trouwens de muzikanten van het London Metropolitan Orchestra die de snaren van de strijkinstrumenten beroeren.
Somebody Calls Your Name is op het randje van het zeemzoete, en ook het pianogedreven Stars In The Sky balanceert op de grenzen van de overkill. Soms zou Burrows de achtergrondkoortjes beter achterwege laten. Met het swingende Shaking The Colour brengt hij gelukkig weer leven in de brouwerij. En ook afsluiter Pet Air, dat wellicht de kortste songtekst in de geschiedenis van de pop heeft, weet te beklijven.
“I might put it down in words or sing it in a song because I know that I can”, zingt Burrows. En inderdaad, hij kan het. Dit is misschien niet de plaat van het jaar, maar voor wie enige melancholie niet schuwt, is het verdomd goed gezelschap tijdens de komende herfstavonden.
Andy Burrows treedt op als support van Amy Macdonald op 2 en 3 december 2012 in de AB. Gezien Burrows recente gesmaakte passage in de Botanique, ziet het er naar uit dat het voorprogramma minstens even goed zal zijn als de hoofdact. Fans van Macdonald krijgen dus waar voor hun geld.