Areknamés - In Case of Loss...
Black Widow Records
Kenners weten dat Italië een lange symfotraditie heeft. Wie kan zich nog een albumlijst voorstellen waarin de eerste vijf plaatsen door progbands bezet zijn? Juist, de Italiaanse in 1972. Op nummer één: 'Pawn Hearts' door Van der Graaf Generator. Vandaag komt de enige echte erfgenaam van de band van Peter Hammill uit het land van de opera. Maar vergis je niet: Areknamés is géén slaafse navolger en creëert op 'In Case of Loss...' een eigen sound.

Hun vorige album 'Love Hate Roundtrip' sloeg in '06 in als een bom. Een fascinerende luistertrip die je meeneemt langs indrukwekkende ontwikkelingen met hoekige gitaren en tegendraadse drumpatronen (de invloed van King Crimson), groots orgelspel en hemelse mellotron. Maar het is Michele Epifane's karakteristieke zang die verwijst naar de theatrale rock van VDGG.
Op de langverwachte opvolger 'In Case of Loss...' zijn alle ingrediënten weerom aanwezig. De verrassing van 'Love Hate Roundtrip' lijkt eraf, in de plaats weerklinkt een gerijpte band met de benen stevig op de grond. De intrigerende hoes toont foto's van het karkas van een walvis op een strand in Florida. Van deze ontdekking in 1896 werd lang gedacht dat het een gigantische octopus was. De openingstrack Beached pikt in op dit verhaal en filosofeert over de sterfelijkheid van het leven. De totaalsound doet denken aan het Amerikaanse Timothy Pure, terwijl het slot je onderdompelt in free jazz.
Alone begint als vroege Pink Floyd, maar halfweg slaan de sax en het orgel genadeloos toe en belandt men in VDGG-vaarwater. Met de effectiviteit van een sluipmoordenaar werkt dit nummer toe naar een climax. Op Dateless Diary horen we hoe de retrostijl geüpdatet wordt in de richting van Porcupine Tree. Bij wijze van contrast begint Don't Move met een knipoog naar de klassieke Italiaanse school. Een intro in stijl, met viool, cello en piano. Areknamés op z'n breekbaarst. Maar ook hier wordt halverwege een dramatische wending geserveerd op z'n symfonisch: alle instrumenten - tutti zeg maar - worden ingezet op de laatste rechte lijn.
Ook A New Song heeft meer dan voldoende 'momentum' in zich om de veeleisende luisteraar te behagen; met de veelzijdigheid die de band hier etaleert verdient men een plaatsje in het pantheon van veertig jaar progrock. Het orgelspel brengt zelfs Rick Wakeman van Yes in herinnering. Alleen jammer dat deze track op een hoogtepunt zo snel wordt afgebroken. In Where versterken cello en golven mellotron het gevoel dat je hebt als je elke oriëntatie in de wereld kwijt bent.
Geluiden van spelende kinderen uit die mensenwereld komen je tegemoet, voordat een zoete sax The Very Last Number inzet. Ga hier maar eens rustig voor zitten, want dit zijn twintig héérlijke minuten. Een mix van topsymfo en Canterbury. Dit is het meesterwerk dat The Tangent had willen schrijven. Bij wijze van ironische knipoog besluit deze krachttoer met een stukje klavecimbel; is progrock dan toch de klassieke muziek van de toekomst? Hoe dan ook, 'In Case of Loss...' solliciteert overtuigend naar de eindejaarslijstjes van elke progfan.