Basement Jaxx - Scars
XL Recordings
Het was in de tweede helft van de jaren negentig dat Basement Jaxx op het toneel verscheen, met Samba Magic, Fly Life en Set Yo Body Free, tracks die klassiekers werden in technoland. Het eerste album 'Remedy’ maakte echter al snel duidelijk dat Felix Burton en Simon Ratcliffe hun geesteskind een bredere opvoeding wilden geven. Sindsdien zingen wij gezwind mee met pophitjes als Romeo, Just One Kiss en Lucky Star.

Aan de formule van Basement Jaxx wordt weinig geraakt op ‘Scars’. Met de hulp van een gevarieerd assortiment aan gastmuzikanten bokst Basement Jaxx de ene dancetune na de andere in elkaar. Mogen de revue passeren: José James, Eli Reed, Santigold, Sam Sparro, Yo Majesty en Yoko Ono, om enkel maar de meest opvallende namen op te sommen.
Het is Kelis die in titeltrack Scars samen met jonge snaken Meleka en Chipmunk mag aftrappen. En er wordt meteen ook gescoord, met vette beats en opwindende r&b. We horen een in stukken en brokken gekapt koor en een refrein dat zich minstens een volle week in je hoofd nestelt.
Ook het daaropvolgende Raindrops is er eentje dat vrolijk blijft hangen. Popmuziek waar wij zonder meer goed gemutst van worden.
Eli “Paperboy” Reed krijgt een volledig op zijn maat gemaakt nummer voorgeschoteld. Denk aan zijn eigen jaren-vijftig-swingsound, fantaseer er de elektronica van Basement Jaxx bij en je krijgt She’s No Good. Eli kon niet beter gecast worden voor dit album.
En ook Santigold zit op haar plaats in Saga. Toegegeven, het nummer mist de street credibility van een Buraka Som Sistema of M.I.A., maar het groovet wel gewoon een stuk door.
Tot zover het goede nieuws, want het begint aardig mis te lopen wanneer Burton en Ratcliffe op de proppen komen met foute discohouse waar zelfs de warme stem van Sam Sparro niets aan kan veranderen. Feelings Gone had eigenlijk gerust een nummer van de Pet Shop Boys kunnen zijn.
Voor ons zit ‘Scars’ er dan ook meteen op, want de rest van het album kan evenmin overtuigen. My Turn, Twerk en What’s a Girl Gotta Do kan je nog leuk noemen, maar ze wegen te licht om je aandacht te vangen. Het enige nog noemenswaardige nummer op de plaat is Distractionz, dat ons aan I Hear a New World van Rod Freeman & The Blue Men doet denken.
Echt vernieuwende muziek verwachten we van Basement Jaxx al lang niet meer, maar Burton en Ratcliffe zijn wel goede producers, en dan verwachten we wel degelijke popmuziek. Het duo lijkt met drie goede singles al tevreden te zijn, wat voor ons ruim onvoldoende is. Een zeer middelmatig album met maar enkele uitschieters. Red Alert voor Basement Jaxx.