Beirut - No No No
4AD
Het is ondertussen reeds tien jaar geleden dat onze aandacht getrokken werd door het verfrissende geluid van Beirut’s debuutplaat ‘Gulag Orkestar’. De band bleek uiteindelijk geen band maar een soloproject van de piepjonge Zach Condon. Met ‘No No No’ is er na enkele jaren radiostilte een vierde full album.

Doorheen de jaren leverde Beirut met ‘The Flying Club Cup’ en ‘The Rip Tide’ nog twee op lovende commentaren onthaalde albums en met Nantes zelfs een heuse en atypische hit af, maar toen werd het stil. Condon trok midden de tournee rond ‘The Rip Tide’ de stekker eruit wegens emotionele en fysieke uitputting. In de jaren stilte die daarop volgden diende hij bovendien ook nog eens een scheiding te verwerken. Het was dan ook lang de vraag of die vierde plaat er überhaupt nog zou komen.
Maar nu is er dus ‘No No No’, een plaat waarbij Condon de Balkaninvloeden van zich afwerpt om een quasi schaamteloze popplaat af te leveren. Quasi inderdaad, want het geluid blijft desondanks herkenbaar Beirut.
De piano krijgt een prominente rol, zo blijkt vrij snel uit de titeltrack, die bij aanvang gedragen wordt door een fris pianoriffje en een puntig drumloopje. Gaandeweg nemen de blazers dan de zaak geleidelijkaan over tot we uiteindelijk in een uitbundig slot verzeilen.
Ook tweede single Gibraltar, Perth en Fener klinken fris en luchtig door toedoen van aanstekelijke pianolijntjes. Fener heeft bovendien nog eens een dijk van een overgang halverwege het nummer met aan de Beach Boys refererende harmonieën in de zangpartij.
Minder vrolijk is August Holland. Deze pure, poppy pianoballad draagt een melancholische sluier. Het nummer staat mijlenver van de zigeunersound, die zo herkenbaar was voor Beirut, maar weet op subtiele wijze toch te raken.
Is deze Berut 2.0 dan toch dik in orde? Jammer genoeg niet; de instrumental As Needed is eerder overbodig en Pacheco is zo tergend slepend en traag dat het heel snel gaat vervelen. Bovendien snakken we bij momenten toch naar het Beirut dat zijn nummers al eens breed en bombastisch durfde uit te smeren.
Met So Allowed worden we al na een klein half uur walsend en met subtiele strijkers naar de exit geleid.
Met ‘No No No’ neemt Beirut een frisse doorstart. De vernieuwende en nostalgische tint zorgt ervoor dat dit album alles in huis heeft om uw indian summer te gaan opvrolijken. Wij missen echter de bombast en de onbevangenheid van de vorige platen en blijven bijgevolg wat op onze honger zitten.