Ben Ottewell - Rattlebag

Sunday Best

Op het einde van de vorige en in de eerste jaren van deze eeuw leende Ben Ottewell zijn rasp en zijn gitaar nog aan Gomez, waarmee hij in 1998 al meteen een Mercury Prize binnenhaalde. Nu is hij aan zijn tweede soloplaat toe.

Rattlebag



Rond Gomez mag het dan – op enkele live shows na–  stil geworden zijn sinds 2011, Ottewell doet het goed in zijn eentje. En dat mag geen verrassing heten, want destijds werd hij door Rolling Stone al “het niet zo geheime wapen van Gomez” genoemd.

Dat wapen heeft altijd al twee snijkanten gehad: een onaardse stem en geweldig gitaarspel. En ook op zijn tweede album ‘Rattlebag’ snijden zij het diepst, al zijn de songs op zich ook niet mis.

Opener en titelsong start met vriendelijk getokkel op een akoestische gitaar, maar gelukkig pijnigt Ottewel na een minuut al zijn strottenhoofd en als, nog een kleine minuut later, de elektrische gitaar, de slidegitaar, een occasionele piano en het Hammond-orgel invallen, hebben we zo goed als alle smakelijke ingrediënten van deze plaat gevonden.

“Let’s do things better”, zingt Ottewell, en meteen daarna komen de sterkste songs van de plaat. Het is niet toevallig dat zowel Red Dress als Patience & Rosaries op het einde van de plaat nog eens mogen terugkomen in een (nog indringendere) live versie.

Ook Red Dress start met wat watervalletjes op akoestische gitaar, maar de song bouwt op tot een makkelijk meezingbaar anthem dat, zeker in de live versie, wordt voortgestuwd door de drums.

Patience & Rosaries boeit van de eerste bastonen. Ottewells stem zoekt alle registers op, de percussie is geweldig en de spanning wordt prachtig opgebouwd tot ze uitbarst in een geweldige gitaarsolo. Een topplaat lijkt op dat moment in de maak.

Helaas kan Ottewell dit niveau geen elf nummers aanhouden. We hebben niets tegen songs die beginnen met de letter “s”, maar songs als Starlings, So Slow, en Stone klinken iets te lieflijk en ook No Place behoort niet tot onze favorieten. We houden meer van Ottewells ruwe bolster dan van zijn blanke pit. Ook Distant Shores brengt wat dat betreft geen bevrediging.

Wij veren terug op bij songs als Edge en Papa Cuckoo waar Ottewell wel een evenwicht vindt tussen ingetogen en explosief. In beide songs gaat een gierend Hammond-orgel met ons aan de haal en haalt Ottewell af en toe grommend uit.

De Brit Ottewell klinkt op zijn tweede Amerikaanser dan op zijn debuut. En dat is een goede evolutie. Samen met zijn maatje Sam Genders maakte hij een evenwichtige en bij tijden ook indringende plaat.

17 februari 2015
Marc Alenus