Big Big Train - Far Skies Deep Time
English Electric Recordings
Als er enige rechtvaardigheid in de wereld bestaat, dan moet Big Big Train straks evenveel platen verkopen als Genesis in de jaren zeventig. BBT maakte met 'The Underfall Yard' de beste schijf van 2009. Met 'Far Skies Deep Time' gaat men op dit elan verder. Officieel een ep heeft dit schijfje met ruim veertig minuten dezelfde speelduur als vroeger het vinylalbum.

De groep rond Gregory Spawton (gitaar en toetsen) en Andy Poole (bas, pedalen en toetsen) is de beste leerling van de klas; geen andere heeft het idioom van Genesis beter begrepen zonder een kopie te worden. Master Of Time, een cover van Anthony Phillips (origineel gitarist van Genesis), is magnifiek naar een climax opgebouwd met eerst het accent op zang en fluit en in het tweede deel op sologitaar (denk aan Steve Hackett) en dramatisch toetsenwerk. De koortjes en vocale harmonieën, die hier geïntroduceerd worden, lijken uit het gulden Genesisboek te komen en kleuren het hele album.
Weinig Britse groepen kunnen vandaag de "Englishness" zo treffend vatten als BBT. Zoals op 'The Underfall Yard' wordt ook hier de excentrieke eilandermentaliteit ontleed. Fat Billy Shouts Mine vertelt over William "Fatty" Foulke, doelman van Sheffield United en de Engelse nationale ploeg rond de vorige eeuwwisseling. De man bracht zijn laatste dagen in armoede door en zijn intrede in de hemel draaide uit op een ontgoocheling. De song is dat allerminst. De gastbijdragen tillen deze naar ongekende hoogten. Martin Orford (ex-IQ) zorgt voor virtuoze toetsensolo's; gitarist Jonathan Barry leunt aan bij de fameuze legatostijl van Allan Holdsworth en doet het lekker swingen!
British Racing Green lijkt op het eerste gehoor een vreemde eend in de bijt. Maar deze ballad (de Phil Collins-song, zeg maar) druipt van de melancholie en een zalvende fluit legt balsem op een oude liefdeswonde. Het vormt een verrassend partnerschap met de andere korte track Brambling, die zich, ondanks de folky intro, snel ontpopt tot stomende symfo met fraaie tempowisselingen.
Het meest werd uitgekeken naar The Wide Open Sea, met zijn 25 minuten een epische krachttoer die qua sfeer verwant is aan Ocean Cloud uit de Marillion-dubbelaar 'Marbles'. Het nummer gaat over de laatste zeilreis van Jacques Brel. Eerder dan virtuositeit te benadrukken, opteert men voor één lange spanningsboog. Men speelt met de verwachtingen van de luisteraar door niet toe te geven aan voorspelbare uitbarstingen. Middels subtiele kleuraccenten van gitaar, toetsen en accordeon wordt de oplossing van de spanning steeds uitgesteld. Uiteindelijk is de spanning ook niet helemaal opgelost; de luisteraar is op het verkeerde been gezet omdat hij ernaar bleef verlangen. Dat maakt deze track zo intrigerend.
Sinds 'The Underfall Yard' hebben Spawton en Poole een heuse klasseband rond zich verzameld. David Longdon deed ooit nog auditie voor Genesis - maar Ray Wilson kreeg de job om 'Calling All Stations' in te zingen. Op 'Far Skies Deep Time' werd hij voor het eerst betrokken bij het schrijversproces en dat hoor je: fluit, mandoline, banjo en accordeon zorgen voor een toegevoegde waarde. Maar het is vooral zijn fantastische stem die dit album tot een triomf maakt. Ook Dave Gregory (ex-XTC) en Nick D'Virgilio (Spock's Beard) zijn nu vast groepslid en zorgen voor respectievelijk schitterende gitaar- en drumpartijen.
Met zo'n prachtschijfje onder de arm zou een concertreeks voor de hand moeten liggen. Dus als iedereen nu eens dit juweel én 'The Underfall Yard' zou aanschaffen, dan moéten Spawton cum suis wel naar onze contreien afzakken. En tegelijk kunnen we al halsreikend uitkijken naar het nieuwe studioalbum 'English Electric', gepland voor 2011 of 2012.