Blonde Redhead - Penny Sparkle

4AD

Niets zo leuk als tijdens het afwassen een nieuw plaatje op te leggen. Als het dan nog een goed album is, lijkt dat huiselijke klusje ook tien keer zo snel te gaan. Maar niet bij de nieuwe van Blonde Redhead. We hebben de borden moeten terug zetten, uit angst ze op onze eigen tenen te laten vallen. Is dit Blonde Redhead? Vol verbazing hebben we een uur luisterend in onze zetel doorgebracht. En werkelijk, die afwas kon ons geen moer meer schelen.

Penny Sparkle



Achteraf bekeken hadden we de bui al kunnen zien hangen. Toen we bij hun vorige album ‘23’ onze natte vinger in de lucht staken, voelden we al dat de wind aan het draaien was. Hij kwam iets meer uit het hoge noorden dit keer. Makino en de gebroeders Pace gaan nu eenmaal met hun tijd mee. De gitaren lieten ze al eens aan de haak hangen en elektronica werd al wat vaker naar boven gehaald. En op ‘Penny Sparks’ trekken ze die lijn heel consequent door.

Misschien stak de Ijslandse New Yorker Skúli Sverrisson Amedeo Pace aan toen ze samenwerkten voor diens prachtige ‘Seria’. Misschien is het ook gewoon een logische evolutie. Met de noiserock à la Sonic Youth die ze in de nineties opnamen (op onder andere het Smells Like Recordslabel van Sonic Youthdrummer Steve Shelley) en de indierock die later volgde zouden ze zich alleen maar herhalen. Nu hebben we tenminste het gevoel dat de band nog steeds springlevend is.

We denken vaak aan Under Byen die met hun laatste worp ook plots veel minimaler, maar des te intenser klonken. Beide plaatjes lijken daarbij dezelfde sfeer uit te ademen. Wat dat betreft zit het trio wel nog steeds in zijn donkere hoekje waar het zijn snode plannen smeedt.

Echt heimwee naar de “oude” Blonde Redhead hebben we niet wanneer we Here Sometimes horen. Zo’n nummer zou even goed uit de mallemolen van Apparat kunnen komen. Kazu Makino drijft zingend op een elektrowolkje dat zich soms ophoudt in een new wavespeeltuin uit de jaren 80, maar evengoed gaat het tripje richting Portishead. Zo staan er dus meerdere nummers op ‘Penny Sparkle’.

Amedeo krijgen we dit keer minder te horen. Hij speelt een gastrolletje op Black Guitar, maar trekt op het prachtige Will There Be Stars wel alle aandacht naar zich toe. Ijskoud krijgen we het er van, getuige de haren op onze armen.

Het heeft geen zin om alle pracht op dit album verder te beschrijven. We kunnen enkel concluderen dat Blonde Redhead hier een bochtje heeft gemaakt en dat we genieten van de landschappen langs die route. En dat u deze plaat maar eens dringend moet aanschaffen. Trouwens, veel tijd hebben we niet over. Er wacht ons een drie weken oude vaat.

Blonde Redhead speelt op 18/09 in de AB.

15 september 2010
Koen Van Dijck