Broeder Dieleman - Gloria
Snowstar Records
De folkscène heeft per definitie iets lokaal. De keuze van de taal is daarvan de oorzaak. Soms zijn er uitzonderingen die de grenzen overwinnen: de Amerikaanse folkscène uit de ’60 in haar geheel, af een toe een Bretoense bard die goed gemanaged wordt en daarbij houdt het zowat op. Ofwel wordt de artiest gelanceerd onder het label ‘worldmusic’ en dan is het plots weer wel hip. Kunst en commercie, het zal steeds een onontwarbaar kluwen blijven. Maar even terug naar de les: ‘Gloria’ van Broeder Dieleman.

Een hele plaat in een of ander Nederlands dialect over echt Hollandse thema’s als daar zijn: godsdienst op zondag en water voor alle andere dagen. Kan die ons enthousiasme opwekken? Voorwaar een terecht vraag. Hebben we er bovendien alles van verstaan? Neen, bijlange niet, ondanks een handgeschreven tekstvel voor een aantal songs. Hebben we ervan genoten? Jazeker, want het schijfje mag met de regelmaat van eb en vloed ten huize bespreker van dienst nog een keer in de speler.
‘Gloria’ begint allemaal nogal hymnisch met een eenvoudige banjo en een avondlijke overpeinzing met In de Gloria, gezongen met een stem die aarzelt tussen bezwering en monotonie. Dat verandert niet fundamenteel in het mooie Aalscholvers met zijn op den duur echt obsessief klinkend refrein.
Even repetitief klinkt Kauwtje. En zo gaat het de hele cd door tot In Excelsis Deo! Hoeven we te vertellen dat deze in alle opzichten eenvoudige en sobere plaat helemaal akoestisch is en dat er bovendien spaarzaam met de instrumenten wordt omgesprongen? Je zou haast zeggen dat Broeder Dieleman muziek maakt van een protestantse soberheid! Dit is allerminst misprijzend bedoeld. Integendeel, zuiverheid troef op ‘Gloria’ en het werkt nog ook.
Zoals in de beste periode van Rum of Het Kliekske zit er hier een daar ook een instrumentaaltje tussen. Heel trage instrumentaaltjes, uiteraard!
‘Gloria’ gaat het niet moeten hebben van zijn airplay, mond-aan-mond zal een accuratere formule zijn en ook beter aangepast aan de sfeer van de plaat. Een plaat die au fond erg goed en eerlijk is maar, zo vrezen wij, vrij exclusief voor die hard folkies.