Champs - Down Like Gold

PIAS

Plotsklaps, als door een tedere vuistslag vanuit het niets, werden we vorig jaar getroffen door St. Peters van de jonge band Champs. Er volgde snel nog meer moois als My Spirit Is Broken en Savannah. En nu is er dus ook het eerste album vol romantische folky pop met tien ronden van ongeveer drie minuten schaduwboksen voor gevorderden. Wij gingen het gevecht graag aan.

Down Like Gold



Bij mannen, die popmuziek maken en klinken alsof ze net voor de puberteit een doodschop in hun kruis kregen, liggen verwijzingen naar The Bee Gees voor de hand. Ook zo bij de broertjes Champion, samen Champs. Maar hier houden die verwijzingen ook werkelijk steek. Denk daarbij niet aan de The Bee Gees ten tijde van Saturday Night Fever, maar wel aan hun plaat ‘2 Years On’ uit 1970 vol harmoniezang, gammele piano en subtiele strijkers.

En toch is dit zeker geen kopie van de (zeem-)zoete popsound die de broertjes Gibb toen produceerden. Champs weeft folky elementen door zijn geluid. Denk aan Matilda van Alt-J of Crown Of Love van Arcade Fire en je komt een pak dichterbij.

Het album werd opgenomen in een verlaten watertoren in een uithoek van The Isle Of Wight, maar klinkt eerder alsof dat in een kathedraal gebeurde. Bij tijden klinkt Champs behoorlijk engelachtig, al zijn de teksten dan weer eerder donker en hartverscheurend.

“Threading needles through the stars with the strongest arrow / Spinning through the dark suburban sky / Down were the rivers touch the oceans when you die”, klinkt het bij wijze van voorbeeld in het titelnummer. Het is poëzie die van Nick Drake of Sylvia Plath had kunnen zijn.

Daardoor is het soms moeilijk om te achterhalen waar de songs precies over gaan. De broers weefden een opzettelijke ambiguïteit door hun lyrics, die nog eens perfect weergeeft dat mannen het liefst een handleiding zouden krijgen bij elke vrouw. De liefde (en alle grote emoties die zij oproept) staat duidelijk centraal in songs als Too Bright To Shine, Savannah, Pretty Much (Since Last November) en vele andere.

Andere, zoals het adembenemende St. Peters, Only A Bullet Knows Where To Run en White Sattelite (met een extra stem van Ani Mjatovic) zijn eerder sfeerscheppingen waarbij je heerlijk kan wegdromen bij beelden van onweersluchten boven ranke kerktorens, een kort moment van zonneschijn in een natgeregend kasseistraatje in een anders grijze Russische stad of de maan, die haar volle gelaat toont bij een wolkenloze hemel boven zee.

Het was even wennen aan de hoge stemmen van Michael en David Champion, maar eens je door deze plaat geraakt wordt, ga je tegen het canvas zoals misschien ook de bokser op de cover, die symbool staat voor het gracieuze en het nobele zoals je hier al kon lezen.

25 maart 2014
Marc Alenus