Daughn Gibson - Carnation
Sub Pop Records
Dat Daughn Gibson geen eendagsvlieg was, wisten we bij voorganger ‘Me Moan’ al. Dat alles nog een pak straffer mocht ook. Mag deze dark Elvis een bank vooruit na deze nieuwe langspeler?

Vooruitgang werd alleszins geboekt. Op vlak van elektronica klinkt Bled To Death heel magisch; met streepjes country, engelengezang en een piano die niet aandringt maar o zo aanwezig is. Jammer genoeg geven de croonende vocals van Gibson een flinke knauw aan het veelbelovende beginoffensief.
De magie keert helaas amper nog terug; veelal zijn de songs die volgen van minder kaliber. In Heaven You Better Come In en For Every Bite neemt de sinistere country het over, zonder potten te breken. I Let Him Deal en het venijnige It Wants Everything brengt die westernklus op een Nick Cave-iaanse wijze wel tot een goed eind.
Later komt Gibsons stemgeluid Shatter You Through nog steeds niet ten goede, al horen we hier duidelijk flarden van zijn grote helden David Lynch en Morrissey. De vintage softpop hoort niet onder een croonende Gibson, maar Daddy I Cut My Hair, Shine Of The Night en Runaway & The Pyro zouden de twee legendes bijvoorbeeld beter afgaan. Smeer hun stem bovenop de donkere ondertoon en je krijgt klassiekers. Overdreven gesteld, maar aan de piano of tokkelende gitaar die een anonieme, maar erg belangrijke rol vervullen, heeft het alvast niet gelegen op deze plaat; dat in tegenstelling tot de vocals.
Eigenlijk zitten we na dit album met hetzelfde gevoel van ervoor: de duistere synthrock is veel te goed om te verfoeien, maar komt te kort om een lans voor te breken. Dat Tim Burton als inspiratie diende en Randall Dunn, producer van Sunn O))), achter de knoppen zat, hoefde zelfs niet. Hopelijk zal Gibson blijven timmeren, smeden en kneden tot hij ons over de streep trekt.