Dayna Kurtz - Rise And Fall

Kismet Records

Op haar vorige twee albums ging Dayna Kurtz op zoek naar verloren r&b-parels uit de jaren veertig, vijftig en zestig. Nu is ze terug met eigen werk en roept ze de wereld even een halt toe op 'Rise And Fall'.

Rise And Fall



Dayna Kurtz gaat al een poosje mee. Haar debuut stamt uit 1997, maar een grote ster werd ze nooit. Enkel in Nederland wist de Amerikaanse met haar warme, rokerige alt een zekere status op te bouwen. Dankzij toptienhit: Love Gets In The Way.

Om dit album te financieren moest ze zelfs werken via fondsenwerving. Ook al wordt haar talent wereldwijd erkend en niet door de minsten: Norah Jones en Bonnie Raitt staken al de loftrompet over haar af. En ze toerde al met groten als Richard Thompson, Elvis Costello, Richie Haven, Rufus Wainright en Mavis Staples.

Of deze plaat eindelijk haar grote doorbraak zal betekenen, valt sterk te betwijfelen. Kurtz staat immers buiten alle genres en alle tijden en haar – vaak zeer trage, verstilde ­– songs zijn alles behalve opdringerig in hun zoektocht naar aandacht.

Misschien lukt het met wat ze zelf haar “drinking song for the apocalyps” noemt. Raise The Last Glass bezingt de ondergang van de mensheid en is zowel qua tekst als muziek een buitenbeentje. Terwijl Kurtz met rauwe stem zingt van “Who kicks the best ass at the end of the world”, scheuren de gitaren en jankt de accordeon. Het enige nadeel: de track houdt het midden tussen een countrysong en een sea shanty. Niet meteen een populair genre in Europa.

Misschien lukt het met It’s How You Hold Me. In de film ‘Crazy Heart’ zegt Bad Blake dat het geheim van een goede countrysong is dat je hem al eerder denkt gehoord te hebben. En dat is zeker het geval bij deze tedere, soulvolle, countryballad.

Hetzelfde geldt voor You’re Not What I Need (But You’re All That I Want), een tegelplakker van jewelste, eentje zoals ze eigenlijk niet meer gemaakt worden. De tekst maakt de song ongepast als openingsdans op een huwelijk. Maar om eenzaam in een hoekje een verloren liefde te betreuren, is hij perfect.

Helaas lijkt daarmee het vet van de soep. If I Go First is zo tergend langzaam dat het op de zenuwen begint te werken, Eat It Up is te zweverig en A Few Confessions te vrijblijvend. Het korte Yes, You Win is een aardig liefdesliedje en Far Away Again een poëtisch slaapliedje, maar het is toch wachten op het semi-a-capella The Hole (over de begrafenis van haar vader) eer we nog eens rechtop gaan zitten. Daarna rest er enkel nog de cover You’ll Always Live Inside Of Me.

Mooie, persoonlijke plaat, met een paar straffe hoogtepunten, maar ook met een paar dippen. ‘Rise and Fall’ dus.

10 maart 2015
Marc Alenus