Galleon - In The Wake Of The Moon
Aerodynamic Records
Tegen de stroom van de commerciële muziek in kiest Galleon opnieuw het ruime sop met het negende album in haast twintig jaar. Dat lijkt weinig, en nieuw werk verschijnt met steeds grotere tussenpozen, maar daartegenover staat het groeiende zelfvertrouwen van deze Zweedse band. En dat loont: 'In The Wake Of The Moon' is een knappe synthese van traditionele en nieuwe prog.

Dat wordt meteen duidelijk in Stages en Wallflower. Tony Banks-registers worden opengetrokken (vooral de orgelklank van het vroege Genesis) naast moderne keyboardpatronen en samplers. Prettige melodieën worden gestut door een potige ritmesectie. Goed idee overigens om de ietwat lijzige zang van Göran Fors te ondersteunen met vocale harmonieën van de rest van de band.
Vanaf de dissonante beginakkoorden van Child's Play lijdt het geen twijfel dat ons galjoen hier in woelige wateren verkeert. De donkere timbres domineren, en de lekker tegendraadse ritmiek (met Taurus baspedalen) legt dynamische accenten. De Moog roept bliksemflitsen op, de Mellotron een golvende deining.
In het titelnummer is de horizon helemaal opgeklaard en kunnen we ons naar de sterren richten. Het is een reflectie op ons tijdelijke, aardse bestaan en drukt het geloof uit dat we, wanneer we in het aanzicht van de eeuwigheid staan, opgenomen zullen worden in het oneindige heelal. De Moog- en gitaarsolo's bezorgen je zo kippenvel. Ijle mellotronklanken verzinnebeelden de kosmos.
War At Home valt uiteen in twee contrasterende delen. Het instrumentale Woodland Creatures wordt geleid door fraai basspel en roept de onrust van Child's Play op. Uit Aftermath (na de oorlog) spreekt zowel berusting in het lot als hoop op een betere toekomst. Mooie Yes-achtige samenzang. In het als epiloog functionerende Over The Hills And 3 Feet Under wordt dit prille optimisme doorgetrokken.
Mr. Murphy is lekkere neo-prog. Misschien muzikaal enigszins platgetreden paden, maar men steekt zodanig de draak met de wet van Murphy dat luchtigheid hier de overhand krijgt. Rain sluit qua karakter eerder aan bij het titelnummer, met stijlbloempjes uit het gulden boek van de prog, zoals gitaararpeggio's en een heerlijke Moogsolo. Maar na zes minuten stuwen de golven het schip in een tempoversnelling naar een kolkende symfonische finale, compleet met sirenenzang. Het perfecte orgelpunt.