Glasser - Interiors

True Panther Sound

In 2010 werd ze door muziekblad NME uitgeroepen tot een van de beste nieuwkomers van dat jaar. Glassers debuutalbum deed het in elk geval niet slecht en maakte menig muziekconsument nieuwsgierig naar hoe dit verhaal zich zou gaan ontwikkelen. De Amerikaanse heeft in elk geval alle tools in handen om uit te groeien tot een grote naam in de alternatieve elektronicascene.

Interiors



Of ‘Interiors’ een goede stap in die richting is betwijfelen we. Daarvoor klinkt dit tweede album te gesloten en te niche. Referenties naar The Knife, Grimes en vooral Björk zijn niet uit de lucht gegrepen. Het zijn ook drie acts die heel poppy uit de hoek kunnen komen, maar evengoed de studio gebruiken als laboratorium en met minder evidente muziek naar buiten durven komen.

De meest poppy zijde van Glasser uit zich in opener Shape. Het hiphopsmaakje, de licht melancholische ondertoon en de links en rechts gemanipuleerde vocalen geven het geheel een Flume-trekje. Al klinkt de elektronica hier een stuk geavanceerder. Ook Design heeft een rijk en aantrekkelijk klanklandschap en behoudt een catchy vibe.

Een door Burial gekeurde beat zet de toon in Landscape. De invulling van het nummer is verder sober, al geven de extra violen ons toch heel even kippenvel. En wie bij Forge nog steeds niet aan de Ijslandse engelenstem van miss Björk denkt, raden we een nazicht van zijn buis van Eustachius aan.

Verder weten we soms niet goed waar Glasser heen wil. Kearn Theme wenkt naar Neon Indian, Toro Y Moi en Four Tet. Een frisse zomerse danspas gaat hier makkelijk mee gepaard. Maar in ExposureDivide en Dissect verliest ze zich in te veel luchtledig- en richtingloosheid. New Year probeert dit weer recht te trekken met een euforisch Cinematic Orchestra-geluid, maar ook hier blijven we te veel op onze honger zitten.

In Windows IWindows II en Windows III zat misschien meer dan drie interludes die schipperen tussen James Blake, Aphex Twin en een kerkkoor. Er worden best mooie ideeën in gebruikt, die wat ons betreft meer uitgewerkt mochten worden. Nu gaan ze verloren tussen de andere nummers.

Glasser heeft alles in handen om een album te maken dat tussen de klassiekers van bovenvermelde andere groepen kan komen te staan. Maar nu verliest ze zich te veel in een zweverige mikmak van veel goede ideeën, maar het missen van een juiste setting. Wordt ongetwijfeld vervolgd.

4 januari 2014
Koen Van Dijck