Green Day - ¡Uno!

Reprise

Als Green Day tegenwoordig met nieuw werk komt, is dat meteen een enorme happening. Is het niet met een soort rockopera, zoals 'American Idiot' of '21st Century Breakdown', dan worden we wel getracteerd op een cyclus van drie albums die kort na elkaar verschijnen. Maar ook al is de Californische band de laatste jaren uitgegroeid tot een van de grootste rockacts van deze planeet, tussen alle pracht en praal valt nog steeds dat driekoppige gezelschap van weleer te ontwaren dat eenvoudige en pakkende liedjes brengt.

¡Uno!



'21st Century Breakdown', de voorloper uit 2009, bevatte aardig wat levendige nummers als Viva La Gloria en Murder City. Alleen waren dat schakels in een groter geheel vol bruggetjes, productiesnufjes en een verhaal dat de rode draad vormde. Al met al een meesterwerk om je vingers bij af te likken, maar voor wie het simpelere werk van Green Day prefereert is '¡Uno!' een verademing.

De meeste songs lijken te zijn gemaakt met een gouden formule, die de heren bewust of onbewust hebben gehanteerd. Pakkende melodieën in combinatie met treffend gitaarspel vormen een solide basis. Vooral de aanloop naar het refrein komt er steeds overtuigend uit. De aanstekelijke zang van Billy Joe Armstrong doet de rest.

Met deze plaat is bewezen dat het recept prima werkt bij vlotte nummers, die op '¡Uno!' ruimschoots in de meerderheid zijn. Opener Nuclear Family, melige meezinger Let Yourself Go en Loss Of Control, ze vormen stuk voor stuk een gevaar om de snelheidsmeter op het dashboard uit het oog te verliezen.

Maar werkt de formule ook bij langzame stukken? Moeilijk te zeggen. Het enige nummer op dit album dat in die categorie valt is de eerste van vele singles Oh Love, en laat dat nou net het enige relatief eentonige deuntje zijn. Het is een beetje gemaakt zeurderig, niet de spetterende of ontroerende finale die de plaat, ook al is het geen conceptalbum, verdient. Die vraag blijft dus nog even staan voor de volgende delen.

Een meer geslaagd uitstapje is die andere radiohit, het disco-achtige Kill The DJ. Een verfrissend stuk, zowel vanwege de voor Green Day nogal ongebruikelijke stijl als om de opgetogen uitstraling die het trio ook hier weer de boventoon laat voeren. Tot slot wordt er op de tweede helft van de plaat nog een extra wapen tegen eventuele verveling ingezet. De vrolijke powerpop van Troublemaker weet even een andere snaar te raken zodat zelfs de afwisseling op '¡Uno!' gewaarborgd is.

En zo is '¡Uno!' een sterke opener van het drieluik. Het legt de lat voor '¡Dos!' en '¡Tré!' wel hoog, ook omdat twee kopies van deel één ook weer te veel van het goede zou zijn. Eens zien wat ze daarop gevonden hebben.

18 oktober 2012
Tino Fella