Guns n' Roses - Chinese Democracy

Geffen Records

Daar is 'em, daar is 'em! Na vijftien jaar wachten op nieuw werk van Guns n' Roses is hij er eindelijk: 'Chinese Democracy'. En, hij is goed! De fans mogen stoppen met lezen en zich meteen naar de platenzaak reppen, de slechte karakters die hoopten op een flutplaat vol egotripperij moeten we teleurstellen: veertien songs, vierenzeventig minuten, échte G n' R.

Chinese Democracy



We hadden nochtans onze scherpste pen bovengehaald en een nieuw vat pejoratieve adjectieven aangeslagen. Masochistisch als we zijn wachtten we grijnzend de eerste noten af. Maar na de eerste paar maten van het titelnummer sloegen wij al een mea culpa. De plaat opent met een klassieke maar tijdloze song, die net zo goed van Metallica had kunnen zijn. De riffmarathon op de discobeat die Shackler's Revenge heet, werd al eerder op de wereld losgelaten. Niet het sterkste nummer van de plaat, maar toch nog een ruime voldoende.

Is Better beter? Jawel! En in de beste klassieke metalstijl wordt de song erg knap opgebouwd. De shreddergitaarsolo's voeren ons terug in tijd en ruimte, naar de hoogdagen van de hairmetal. Street of Dreams valt dan weer onder de noemer "powerballad". Ronkende gitaren, melodische solo en mooie tekst, maar niet catchy genoeg om een hit te worden à la November Rain. Dan maar weer rocken. Het Spaanse gitaarriedeltje waarop If The World steunt, lijkt in eerste instantie misschien wat vergezocht, maar het levert toch weer een straffe song op.

In There Was A Time mogen de zweverigste keyboardregisters opengetrokken worden, maar niet voor lang. Ook daar moeten de gitaren immers weer ronken. Het harde werk dat men in de gitaarproductie stak, loont. De pompende en toch gearticuleerde klank doet tegelijk vintage en modern aan, herkenbaar en toch fris. Catcher in the Rye is très Guns n' Roses: meezingbaar en niet te hard. We mogen het niet te hard roepen, maar dit neigt eerder naar Aerosmith. Gelukkig is het daarna weer hard rocken en riffen geblazen op Scraped en - na een lange elektronica-intro - op Riad n' The Bedouins. Instant liveklassiekers om je het verschot op te headbangen, als we zo vrij mogen zijn.

Een song die Sorry heet, dat kan alleen maar een ballad zijn. Een mooie ballad zelfs, een regelrechte plakker voor de eerste helft en daarna voer voor luchtgitaristen. Dit vraagt om een spaghettifuif. Daarna is het weer doorjakkeren op I.R.S., waar Rose nog eens extra in de verf zet wat een dijk van een stem hij heeft. Madagascar doet het wat rustiger aan, met een mooie mix tussen een moderne beat en jankende rockgitaren. This I Love lijkt op iets héél erg goeds van Savatage, en eigenlijk had Prostitue daarna voor ons niet meer gemoeten. Maar we nemen het er graag bij; dit is een superplaat.

Nee, wij herhalen niet het hele verhaal van de steeds maar veranderende releasedatum, de lange lijst producers en medewerkers, de gelekte demo's en persoonlijke vetes. Ondanks de lange tijd tussen de verschillende opnames en mixages klinkt de plaat erg coherent, en ondanks de indrukwekkende lijst muzikanten klinkt de plaat toch als een groepsgebeuren en niet als "artiest plus studiomuzikanten". De liefhebbers zullen duimen en vingers aflikken. 'Chinese Democracy' was het wachten waard.

10 januari 2009
Stefaan Van Slycken