Johnny Dowd - Do The Gargon

Mother Jinx Records

Er zijn wel meer ouwe rockers, die dezer dagen van zich laten horen, maar slechts weinigen van hen kregen pas echt erkenning op hun vijftigste. Johnny Dowd wel. En hij heeft niet stilgezeten sindsdien. 'Do The Gargon' is zijn dertiende soloplaat. En weer slaagde hij erin om er iets spannends van te maken.

Do The Gargon



Je weet het als je een plaat van Dowd krijgt voorgeschoteld. Zijn muziek doet meer dan het laagje lak wegschrapen. Dowd hakt op alles in met de botte bijl. Om de bloederige rotzooi daarbij op te kuisen krijgt hij hier de hulp van Mike Stark, die zijn Fender Rhodespiano doorheen een reeks pedalen stuurde en van Willie B, die drums en baspedalen voor zijn rekening nam. De gitaren waren voor Dowd zelf uiteraard. Zoals je uitgebreid kan horen in nummers als Butterflies And Unicorns waarin Dowd zich helemaal laat gaan.

Wie of wat die Gargon precies is, blijft een raadsel, maar veel goeds heeft hij/het niet in de zin. Wie weet is Dowd zelf wel Gargon. Uiteindelijk (in afsluiter Do The Gargon) spreekt hij zijn publiek trouwens uit eigen naam aan (“Hi kids, I am Johnny Dowd”), maar aanvankeljk is het dus al Gargon wat de klok slaat.

In de bijna acht minuten durende opener Gargon Gets All Biblical geeft hij trouwens een klein, muzikaal voorsmaakje van wat de luisteraar nog te wachten staat. Van de discorock van Gargon’s Disco Balls en afsluiter Do The Gargon tot de bluessleper van Just To Touch Her Cheek en de bijhorende, typische, scheef zittende en bottenkrakende Dowdsolo’s, die ook nog eens terugkomen in het reeds hoger vermelde Butterflies And Unicorns.

En dan worden al die genres zo’n beetje per nummer uitgewerkt. Nancy Sinatra heeft iets van een klassieke Creamsong, met die verslavende riff. Pussywhipped is bijna vrolijk, krijgt dan de hik en gaat dan plotseling een andere richting uit. Hij doet het trouwens meermaals in dat nummer en haalt er uiteindelijk de wahwahpedaal bij om dan door te drammen.

In Gargon’s Disco Balls lijkt het wel of hij zijn eigen, persoonlijke interpretatie van het Nile Rodgers-gitaarwerk geeft, al kan hij het af en toe niet laten om toch weer in de oude plooi te vallen. Het maakt het nummer er alleen maar spannender om.

Ook zijn typische southern drawl is onmiskenbaar. Bovendien stuurt hij zijn stem door de nodige vervormers, hetgeen een vervreemdend effect heeft. Maar Gargon krijgt hierdoor wel een eigen, vocale identiteit. Het past allemaal in het plaatje.

Dit moet één van de meest toegankelijke platen zijn van Johnny Dowd. Gewoon omdat hij er niet voor terugschrikt klassieke rock of zelfs disco in zijn nummers te verwerken. En toch vraagt het nog enkele luisterbeurten om tot de kern van dit album door te dringen. Maar het loont wel de moeite.

Johnny Dowd speelt op 16 augustus in Café De Video in Gent. Dit optreden is gratis.

13 augustus 2013
Patrick Van Gestel