Kele - The Hunter
Wichita Recordings
Geruchten dat Kele Okereke te druk bezig was met zijn solo-moment en mogelijk zelfs de band die hij oprichtte zou verlaten, werden door Bloc Party een tijdje geleden ontkracht. Toch brengt 2011 ons nog een vervolg op het vorig jaar verschenen ‘The Boxer’. Een zeven nummers tellende ep waarop Kele opnieuw zijn dansplunje aantrekt en zich van zijn meest elektronische kant laat zien.

De eerlijkheid gebiedt ons te zeggen dat we er niet echt op zaten te wachten. Een paar zware dieptepunten overschaduwden Kele’s solodebuut en ook optredens lieten vaak te wensen over. Maar de man blijft volharden en dus blijven wij luisteren. Maar ook nu zijn we niet overtuigd. ‘The Hunter’ lijkt bij momenten een pastiche van alles wat we het voorbije jaar gehoord hebben, waarbij het Kele vooral ontbreekt aan authenticiteit.
Zo geloven we zijn dubstep beats niet wanneer hij in What Did I Do? hitsingle I Need Air van Magnetic Man naar de kroon probeert te steken. Het recept lijkt anders simpel. Meng een paar stoere subbassen met vrouwenvocalen en trancy effectjes en je krijgt iets waar menige hand voor in de lucht gaat. De onze dus niet. Het klinkt flauw en weinig origineel. Daar kan ook producer Sub Focus niets meer aan veranderen.
Ook Release Me is gebouwd op bestaande fundamenten (herkennen we daar DJ Mujava?) waar Kele zijn vocalen over drapeert. Het resultaat is iets wat tussen pop en dance wankelt en dat op radio perfect als single kan dienen, maar waar we verder geen gevolg aan geven. Devotion had in handen van Goldfrapp misschien nog iets uitdagends en sexy kunnen hebben, maar de dramatiek van Kele gaat voor ons over the top en maakt het allemaal te blasé.
Voor Goodbye Horses, een herwerking van de jarentachtighit van Q Lazzarus, wordt Fred Falke ingeschakeld. Iemand die doorgaans goed is in herwerkingen, vooral voor dansvloergebruik. Maar zijn beste beats en synths heeft hij thuis gelaten, zo blijkt. De mystiek die het origineel bevat wordt er volledig uitgefilterd en vervangen door opgedrongen leute.
Cable’s Goodbye lijkt ons met piano en fluit, uitgerekend het meest sexy instrument, het nummer met de mooiste klankkleur. Het klinkt introvert, maar oprechter dan het voorgaande. Alleen wordt er verder weer weinig mee gedaan, wat dan weer spijtig is. Ook in Love As A Weapon voelen we minder geforceerde en opgedrongen emoties over ons heen komen en dat voelt goed.
Misschien moet Kele toch maar eens de less-is-more-methode overwegen. Wij kijken ondertussen uit naar het volgende Bloc Party-album.