Kendrick Lamar - untitled unmastered
Top Dawg Entertainment
Een verzameling b-kantjes heeft zelden een geldige bestaansreden. Schouders worden al snel opgehaald, wanneer je weer een bundel overtollige nummers zonder samenhang aantreft in de afprijsbakken van de lokale cd-leverancier, met als enig doel ze één keer te beluisteren en dan resoluut verder te gaan met je leven. Niet met de b-kantjes van Kendrick Lamar, zo blijkt.

Wanneer Kendrick Lamar een batterij nummers uitbrengt, opgenomen in een tijdspanne van drie jaar – ergens tussen ‘Good Kid, M.A.A.D City en ‘To Pimp A Butterfly’ – staat de muziekwereld even stil. Dat komt omdat Kendrick Lamar vorig jaar met ‘TPAB’ een dapper, met jazz geïnjecteerd magnum opus over zwart Amerika uitbracht, waarmee hij heel wat mensen in vervoering en - vooral - in beweging bracht. Lamar bevindt zich momenteel in een positie waarin alles wat hij doet op wereldwijde aandacht kan rekenen zonder dat hij daarbij de betweter, mediahoer of Twitter-verslaafde hoeft uit te hangen.
Een goede verstaander heeft natuurlijk door dat we hierboven een vergelijking durven maken met Kanye West, die met zijn onlangs verschenen album ‘The Life Of Pablo’ en de daarbij horende provocerende Tweets beslist uw startpagina op Facebook wist te bevuilen. Kanye en Kendrick willen allebei albums maken die ertoe doen, die een stempel drukken op de muziekgeschiedenis en die met thema’s als god, rassenhaat en de erfenis die de zwarte medemens met zich meedraagt, inhoudelijk zelfs niet heel ver uit elkaar liggen. Ze hebben gewoon allebei een compleet andere manier om hun boodschap aan de man te brengen.
Terwijl er op ‘The Life Of Pablo’ enkele onweerstaanbare nummers staan waarbij je de volumeknop naar de maximumstand draait, is ‘untitled unmastered’ eerder een donkere, maatschappijspiegelende trip die recht naar het bewustzijn mikt, net zoals ‘TPAB’ dat vorig jaar ook al deed. West blijft een begenadigd producer die zijn tekorten weet weg te werken met nauwkeurig uitgekozen samples, een kluwen van autotune en narcistisch geleuter dat bij momenten zo ridicuul is, dat het niet anders kan dan op de lachspieren werken. Kendrick Lamar haalt zijn sterkte uit zijn woorden en beeldspraak en drinkt dagelijks spraakwater in plaats van een liter azijn.
Doorheen het album rapt Kendrick Lamar over veel dingen; geloof, politiebrutaliteiten en onzekerheden in het bijzonder, maar ook over zijn plaats in deze wereld, zijn status als ster en wat hij daar in hemelsnaam mee aan moet. Op Untitled 1 probeert hij de verantwoordelijkheid rond zijn sterrenstatus vorm te geven door de mensheid uitvoerig te waarschuwen voor een nakende apocalyps. Op Untitled 2 horen we dan weer Kendrick in conflict met zichzelf. Hij worstelt met zijn status als idool en het schuldgevoel over het zware “hood”-leven, dat hij achterliet, maar waaraan hij toch elke dag opnieuw herinnerd wordt . En dat allemaal zoals alleen hij dat kan: gedetailleerd, herkenbaar, met breekbare emotie in zijn stem, altijd boeiend en met een flinke dosis zelfspot.
Een extra pluspuntje: in tegenstelling tot het geprevel en gesnater op ‘TPAB’, rapt Kendrick haast de hele tijd. Een verademing, want zo komt zijn echte talent nog eens aan bod. Terwijl op ‘TPAB’ de boodschap soms belangrijker was dan de mondelinge uitvoering, is het nu genieten van hoe hij kinderlijk eenvoudig de beat berijdt als een kleuter op een hobbelpaard. Untitled 3, waar hij Aziaten, indianen, zwarten en blanken aan het woord laat, vindt zijn steun in een zacht, zomers orgeltje, terwijl Kendrick uw gondelier van dienst is doorheen een landschap dat veel weg heeft van een volwassen versie van Disneys “It’s A Small World”. Of Untitled 7, waarbij de eerste drie minuten - mede dankzij het opjutten van Kendrick zelf - een ware aanslag zijn op de nekspieren.
Kortom: wat gaan we nog allemaal beleven met deze man aan het roer van het hiphopschip. De enige reden waarom al deze overschotjes terug uit de vuilnisbak zijn gehaald, is simpelweg omdat het ding in brand was gevlogen. Het is haast om bang van te worden; Kendrick Lamar blijft maar aan nieuwe muziek werken zonder dat de buitenwereld daar van af weet. Wie weet wat hij nog allemaal op de composthoop liggen heeft.