Martigan - Distant Monsters

Progressive Promotion Records

Diehard proggers kennen misschien nog Chandelier, dat in de jaren negentig het Duitse antwoord was op Marillion en IQ. Vandaag mag Martigan deze titel opeisen. Zes jaar na ‘Vision’ offreert de Keulse groep op ‘Distant Monsters’ opnieuw meer dan zeventig minuten symfonische neoprog van het hoogste niveau.

Distant Monsters



Opvallend overigens hoeveel prima Duitse progalbums de laatste tijd het licht zagen. Je zou bijna gewag kunnen maken van een ‘Neue Deutsche Welle’ in progressieve rock. “Prog, wir schaffen das!” Na de laatste releases van Seven Steps To The Green Door, Toxic Smile en Frequency Drift, lijkt ‘Distant Monsters’ wel de kers op de taart.

Nochtans zaten we aanvankelijk met de handen in het haar, toen we de lyrics voor de neus kregen. Bij opener Theodor’s Walls kunnen we ons nog wat voorstellen. De hoofdfiguur is een keizer die weggelopen lijkt uit de sprookjes van Duizend-en-één-nacht en natuurlijk achter de prinses (Sheherazade?) aanzit. Dankzij het somptueuze geluidsbeeld vertoeft de luisteraar meteen in de vooropgestelde fantasiewereld. Knap om te horen hoe de band de tijd neemt om de hele constructie op te bouwen. Een wonder van techniek bovendien, want in plaats van log klinkt de muziek als een droomvlucht.

Een sensuele baslijn verleidt ons in Lion; over een brullende, blinde, witte leeuw die romantische associaties oproept ("The sparkling night, a moon in the sky"). In het tweeluik Simplicius / Complicius krijgt het fantastische universum absurdere trekjes: "Red men will never ride a car / And Yogi Bear ever seeks for pick-nick baskets". Hoofdpersonen zijn "A headless and pale tin-soldier / And his best friend – the unarmed knight". Even lijkt Simplicius af te stevenen op een kitscherig tussendoortje, maar gitarist Björn Bisch ontbindt op tijd zijn duivels. Ook in Complicius is hij de smaakmaker, al vinden we hier de bongo’s van percussionist Alex Bisch even belangrijk als aandragers van de sfeer.

Met een kwartier speelduur is The Lake het centrale stuk op de plaat. Het komt eerder conventioneel op gang, maar na vierenhalve minuut komen de dingen echt in beweging en scheert de groep op grote hoogten door het luchtruim. De instrumentale excursies zijn een absoluut hoogtepunt en hebben een grotere zeggingskracht dan de gezongen delen. Maar dat doet geen afbreuk aan de vocale kracht van Kai Marckwordt, die over het hele album een formidabele prestatie neerzet. Soms valt een Duits accent op (de s in "small" klinkt als sch), maar een kniesoor die hierover valt.

Toch is Fire On The Pier uiteindelijk onze favoriete track. Deze gevarieerde compositie lijkt wel een synthese van alle troeven van deze erg getalenteerde outfit. Het wervelende spel en de losser zingende Marckwordt zorgen voor extatische momenten. Nog meer verrassingen in het schaduwspel On Tiptoe, dat verlucht wordt met klarinet (hetgeen doet denken aan het Saga-nummer No Regrets). In het slot Take Me Or Leave Me verschuilt Marckwordt zich niet meer achter de maskers van zijn verhaalpersonages en presenteert hij zich met enkele knappe, vocale uithalen als de echte protagonist. Een emotionele showstopper.  

Fans van vroege Marillion kunnen zich hiermee geen buil vallen, maar Martigan klinkt vandaag een stuk gesofistikeerder dan de Britse groep ooit deed met Fish. ‘Distant Monsters’ actualiseert de typische neoprogsound en legt de lat een stuk hoger. Daar wilden we gerust zes jaar voor wachten. Van Duitse Gründlichkeit gesproken.

9 maart 2016
Christoph Lintermans