Neil Young - Storytone

Reprise

Neil Young heeft opnieuw een plaat gemaakt. Nee wacht, Neil Young heeft twee platen gemaakt. Of toch ook weer niet.

Storytone



Voor u helemaal de kluts kwijt bent: ‘Storytone’ is een dubbelalbum. Tot zover de fysieke kant. Maar de liedjes op beide platen zijn dezelfde. Dezelfde, maar dan anders. Bent u nog mee?

De nummers op ‘Storytone’ kregen gewoon twee verschillende versies. Neil Young-fans zijn daarover al lang niet meer verwonderd. Hij vond dat principe immers uit, deed het al met zowat de helft van zijn eigen nummers en vond dat de tijd nu rijp was voor de grote aanpak. Daarvoor haalde hij een groot orkest en een big band naar de studio. Over het resultaat werd al gediscussieerd en dat zal ook nog wel even blijven duren.

De eerste plaat bevat de pure, uitgeklede versies van de songs. En dat kan Young als geen ander. Songs uitkleden en ze toch boeiend laten klinken. Een eenzame gitaar hier, een piano daar, de onmisbare mondharmonica uiteraard en wat andere details. Het geeft de songs een beetje een ‘American Recordings’-gevoel mee, maar dit Youngs equivalent van Johnny Cash’ meesterwerk noemen zou ‘Storytone’ te veel eer aandoen.

Desondanks staan er wel pareltjes op dit album. Opener Plastic Flowers is er zo eentje, die in zijn eenvoud kan ontroeren. Iets minder enthousiast zijn we over Who’s Gonna Stand Up?, dat al te horen was tijdens zijn concert in Lokeren en ons toen ook al een wenkbrauw deed fronsen. Ook nu weer wordt er gepronkt met groene idealen, die de volgende song I Want To Drive My Car alweer helemaal vergeten lijken. Maar het staat wel goed, zo’n groen tintje.

Datzelfde I Want To Drive My Car begint op de orkestrale plaat bijzonder veelbelovend, maar verzandt dan jammer genoeg in de bigbandaanpak. De bluesversie op de soloplaat is mooier, maar ook niet meteen onvergetelijk. Doe ons dan maar Glimmer of even verder de ukulele van Tumbleweed.

Zeggen dat je Youngs leeftijd hoort in zijn zang is uiteraard een open deur intrappen. Het is geen pluspunt, maar het stoort ook weer niet zo erg om de plaat naar de achterkant van de platenkast te verbannen. Dan zijn er op de orkestrale plaat grotere redenen te vinden.

Pas op: wij zijn wel te vinden voor de symfonische versies van Plastic Flowers op de tweede cd en Who’s Gonna Stand Up? is zo zelfs beter te pruimen. Maar de bigbandsongs doen ons de haren ten berge rijzen. Misschien is het omdat Neil Young nu eenmaal niet Frank Sinatra is. Say Hello To Chicago doet in elk geval meteen zoeken naar de skipknop. Dan liever de filmische versie van I’m Glad I Found You.

‘Storytone’ is een wisselvallige plaat geworden. Een plaat, die waarschijnlijk het gemiddelde wel ontstijgt, maar niet met echt veel overtuiging. Je kan er een mooie, enkele cd uit distilleren, maar het geheel aan één stuk beluisteren is te veel gevraagd.

23 november 2014
Patrick Van Gestel