Omar Souleyman - Wenu Wenu

Ribbon Music

Ondanks een carrière die al meer dan twintig jaar aan de gang is, een hele backcatalogue van illegale cassettes en een cv, dat een trouwfeest van zowat elke familie in het Midden-Oosten bevat, is ‘Wenu Wenu’ officieel het studiodebuut van Omar Souleyman. De dabke, oftewel Syrische techno, werd in goede banen geleid door producer/fan Kieran Hebden, beter gekend als het genie achter Four Tet. Ook Björk is fan. Maar of dat een goed teken moet zijn, is maar de vraag.

Wenu Wenu



De titeltrack zorgt al meteen voor een start van formaat. Met een storm van stuiterende synths en een of andere Oosterse doedelzak ontketent hij een langdurige marathon, waarbij het onmogelijk is de krachten te doseren. Die doedelzak blijkt na diepe research simpelweg een aftandse Yamaha synthesizer te zijn, bediend door trouwe knecht Rizan Sa’id.

Ya Yumma richt zicht met iets meer slagkracht eerder op de snelle percussie en er duikt al eens een blazer in beeld op. Hier heerst overduidelijk de folk, dankzij de langere instrumentale secties en sporadische “Eeh’s” of “Ooh’s” van Souleyman zelf.

Nahy swingt verder op de automatische drumcomputers of ritmesecties, die ingebouwd zitten in een synthesizer, die echt niet recenter kan zijn dan uit het bouwjaar 1994. Het korte intermezzo waarin de fluit even losbreekt uit de eindeloze dofheid is als een oase in de woestijn. Zulke breekmomenten moeten echt vaker voorkomen. Of de plaat lijkt dubbel zo lang als ze is.

Ondanks de grote gelijkvormigheid van de nummers valt er af en toe toch een verschil van aanpak te noteren. Khattaba laat het aantal bpm fel zakken en kent geen monotone razernij, maar eerder schichten van een synth of zelfs echte strofes. Het verlicht de beproeving, die dit album is, enigszins. Samen met Mawal Jamar en aflsuiter Yagbuni even verder op de plaat worden de teugels dan toch enkele minuten gelost.

Toch sleurt Warni Warni je ondertussen nog eens genadeloos mee in eindeloze zandstormen, waarin je het noorden niet eens kan vinden en dus ook moeilijk kwijt kan raken. Deze tijdloze plaat heeft een snel te bereiken afhaakpunt door alle factoren bij mekaar: belletjes, ratelende percussie, synths en nog eens synths en de onverstoorbare en onverstaanbare Souleyman, minutenlang op een hels tempo. De man heeft zeker een sound én een publiek, maar het schoentje wringt erg hard op een voet vol blaren vanwege de veelal westerse paden die genomen werden.

5 december 2013
Ben Moens