Parov Stelar - The Demon Diaries
Etage Noir Records
De verbeelding is ons genie of onze demon. Zo luidt, vrij vertaald, het citaat van Immanuel Kant dat te vinden is op de hoes van ‘The Demon Diaries’. Om meteen al met de deur in huis te vallen: dit is een bijzonder dubbelalbum dat zich ergens tussen electronicaswing, soul en eerder vlakke disco situeert. Eerlijk? Initieel kregen we er kop noch staart aan.

Door de jaren heen heeft het Oostenrijkse Parov Stelar zich laten inspireren door de meest uiteenlopende muziekstijlen en wist het daar zelfs een unieke sound uit te putten; een sound die hen veel fans heeft opgeleverd. Dik drie jaar na het zesde album komt de band rond Marcus Freder, de vader van de elektroswing, met deze ‘Demon Diaries’ aanzetten; een album dat, gespreid over twee schijfjes, maar liefst vierentwintig songs bevat, met negen gastvocalisten.
De kenmerken van de getrouwe Parov Stelar-sound vinden we nog terug op het eerste, meer door elektro aangedreven deel (krakende vinylgroeven, samples,..), terwijl zijn donkerdere, meer melancholische tegenhanger aangeeft wat er live zoal te verwachten valt van Parov Stelar. Die shows zetten meer in op sfeer en reflectie, deels ook omwille van het orkestrale aspect, dat er vaak bij komt kijken.
Het nieuwe album refereert overduidelijk aan de sfeer en vibe van de jaren dertig. Toen het allemaal net iets gekker kon en mocht zijn, de volle uitbundigheid alvorens WO II zou uitbarsten (The Berlin Shuffle). Een ander symbool uit die tijd is Josephine Baker. Zij duikt twee keer op: een keer met Josephine (1930 Version), een andere in de Candlelight-versie. Jazz is een belangrijke inspiratiebron bij Parov Stelar, zoals te horen is op onder meer Hit Me Like A Drum en Django’s Revenge. Vermeldenswaardig is ook het aangename Keep The Fire Burning, dat invloeden uit reggae laat horen evenals aardig trompetwerk.
Wie een beetje in het oeuvre van Parov Stelar gaat graven, zal ongetwijfeld vaststellen dat de band zijn eerdere werk synthetiseert en nieuwe wegen opzoekt. Twee jaar geleden brachten ze bijvoorbeeld nog ‘The Art Of Sampling’ uit en ook als Parov Stelar Trio (‘The Invisible Girl’) maakte de band indruk.
Fureder haalt uit de meest uiteenlopende genres (pop, jazz, dance, elektro, house, … ) wel wat en maakt daarvan een coherent geheel. Dat maakt dat songs als The Sea (met Harald Baumgartner) en The Sun (met Graham Candy) een welkome aanvulling vormen op het eerder werk van de band. Door de vele samenwerkingen is er ook een surplus, want zo kan allerlei vocaal talent verder doorstromen.
'The Demon Diaries' munt dus uit in muzikale veelzijdigheid. Opmerkelijk is dat hij oud en nieuw met elkaar tracht te verzoenen, zoals onder meer te merken is aan de herwerking van klassiekers als Summertime (Gershwin), Clap Your Hands (Miller) en Don’t Mean A Thing (Ellington). Die mixt hij met songs van een heel ander kaliber, zoals Magenta Rising, dat zowaar een James Bondachtig anthem zou kunnen zijn. Hoe dan ook, wie van verschillende muzikale walletjes wil eten, zal ongetwijfeld zijn buikje kunnen vullen met ‘The Demon Diaries’.
Op 11 maart speelt Parov Stelar in Vorst Nationaal.