Steven De Bruyn, Tony Gyselinck, Roland van Campenhout - Fortune Cookie

Munich Records

Het was alweer van 2001 geleden dat Roland van Campenhout een verbond smeedde met El Fish, wat resulteerde in de prachtplaat ‘Waterbottle’. Sindsdien was het niet ongebruikelijk om Roland en Steven De Bruyn samen op een podium te zien. En wellicht kregen ze al ontelbare keren de vraag: “Wanneer verschijnt er nog eens iets op plaat?”. Enter: ‘Fortune Cookie’, het gevolg van een samenwerking met jazzdrummer Tony Gyselinck, nog een derde begaafde Belgische muzikant.

Fortune Cookie



Slechts acht nummers geeft het drietal zichzelf en de luisteraar de tijd om mee te gaan in hun trip. Allumeuse Bayan trekt de plaat op gang. Eigenlijk komt de versmelting van de drie talenten en persoonlijkheden al tijdens dit openingsnummer het best tot zijn recht. Ingetogen streelt Tony Gyselinck zijn drumvellen, en vanuit de verte valt de mondharmonica in, zonder al te veel pretentie.

Tijdens Reinvent Yourself mag de boel wat meer swingen. Het is ook leuk dat Steven De Bruyn hier de backings voor zijn rekening neemt. Maar zijn harp speelt natuurlijk een grotere rol, en zo hoort het ook. Op She Knows How zijn de rollen omgekeerd en is het Roland die de tweede stem inzingt. Dat De Bruyn trouwens een begenadigd zanger is, wordt duidelijk op Tiny Tiny.

Wie het geluk had het drietal live aan het werk te zien, heeft vast ook gemerkt dat ze zich als een vis in het water voelen op een podium. Al die live-ervaring en het plezier om samen te spelen, voelt de luisteraar ook op deze plaat. Gelukkig loopt al dat talent elkaar nergens in de weg. Blijkbaar is het niet al te moeilijk om tot een gezamenlijk compromis te komen, want nergens wordt het een gevecht tussen ego’s. Maar af en toe wordt een persoonlijke handtekening wat feller doorgedrukt. De sfeer van King Kong In The Lunapark, bijvoorbeeld, refereert aan ‘Never Enough’, de plaat die Roland maakte met Tom ‘Admiraal’ Van Laere.

Een echte uitschieter is moeilijk te benoemen, ‘Fortune Cookie’ haalt eigenlijk overal hetzelfde niveau. Dat maakt dat je soms vergeet om écht te luisteren, zodat bijvoorbeeld Teeth Grinder voorbij waait zonder dat je er erg in hebt. En zelfs na een druk op de repeatknop kan dit voorlaatste nummer eigenlijk moeilijk de aandacht vasthouden. Misschien bewijst het vooral live zijn meerwaarde. Er wordt naar hartelust geëxperimenteerd op deze plaat en ieder krijgt uitgebreid de kans om zijn ding te doen. Jammer dat het slechts acht nummers mag duren.

11 oktober 2010
Veerle Vermeulen