The Living End - White Noise
Dew Process Recordings
Ze namen hun vijfde album speciaal op in Hoboken, N-J. Nog geen week na de Europese release ervan zakten ze af naar het Antwerpse Meerhout om de decibels op Groezrock de hoogte in te jagen, maar vooral om het Belgische publiek voor zich te winnen. Al deze moeite ten spijt is 'White Noise', de nieuwste cd van het Australische rockcollectief The Living End, in Vlaanderen eerder onopgemerkt gebleven. Wat konden de heren van down under nog meer doen om hun Vlaamse tegenvoeters te imponeren?

The Living End is een psychobillyband afkomstig uit Melbourne, die in 1995 haar eerste roem verwierf door het voorprogramma van Green Day te verzorgen tijdens hun Australische tour. In de beginjaren werd vooral rechttoe rechtaan rockabilly gespeeld. De opmerkelijke contrabas sloot daar naar analogie van hun grote voorbeeld Stray Cats perfect bij aan.
Vanaf hun tweede album ging het trio steeds meer punkrock klinken. Vandaag is hun sound nog het best te vergelijken met die van punkbands als the The Gaslight Anthem en Bad Religion met hier en daar een vleugje stoner en een teentje cowpunk.
Maar over tot de orde van de dag. Met How Do We Know? opent de plaat krachtig met dreigende gitaren en scherpe riffs. Heel leuk, maar dit geweld moet wel een beetje maskeren dat het nummer - nochtans als single uitgebracht in Australië - op zich vrij weinig voorstelt.
Gelukkig maakt titelsong White Noise een einde aan de mediocriteit van de openingsnummers: een steengoed lied dat tijdens de slotminuut aan The Killers doet denken door in een verrassend andere achtergrondmelodie (cfr. When You Were Young) te eindigen. Zeer geslaagd!
Moment In the Sun is goeie ouwe punkrock met een typisch niet-meer-zo-jonge-punkrockers-thema: hoe kan je je ordinaire, middelmatige leventje ontvluchten? Leadzanger en gitarist Chris Cheney toont je de weg op ware rock-‘n-roll-wijze!
De strijkers op Waiting for the Silence misstaan allerminst op dit album. Integendeel, een schitterende song in combinatie met klassiek strijkwerk maken er net een nieuwe knaller van. En het Killerstrucje wordt ook hier uitgeprobeerd. Genieten maar van dit pareltje, want erna wachten enkele behoorlijke afknappers.
Van wat nog volgt kan enkel het van pop doordrenkte Kid en het politiek geïnspireerde 21st Century (“Global warming just ain’t cool”) ons boeien. Carry Me Home sluit de plaat toch af in stijl: klassieke punk in de traditie van Prisoner Of Society, het bekendste TLE-nummer dat elke punker over de hele wereld kan meebrullen.
De plaat verveelt nooit, maar kent wel high highs en low lows. De hoogtepunten zijn gelukkig zo goed dat ze toch een blijvend plaatsje in de platenkast verdient, maar de fastforwardknop moet ons regelmatig voorbij de zwakkere broertjes gidsen.