The Waxbills - When Love Comes

Dying Giraffe Recordings

Elk vogeltje zingt zoals hij gebekt is. Zo ook Nathan Warriner van de Canadese band The Waxbills (de prachtvinken). Ze hadden even goed The Goldcrests (goudhaantjes) kunnen heten, want  deze derde plaat is een prijsbeestje.

When Love Comes



The Waxbills is een Canadese band die tot nog toe alleen in eigen land potten brak, maar Dying Giraffe Records stak zijn nek uit en bracht deze plaat nu ook uit in Nederland, Luxemburg en België om van hieruit Europa te veroveren.

Dat zou moeten kunnen lukken als de band hier ook komt touren en als ze de sociale media wat actiever zou gebruiken, want daarmee loopt het niet zo vlot. Aan de muziek schort gelukkig niets al laat die zich moeilijk in een vakje stoppen.

Dat weet je al na vijfendertig seconden. Openingstrack When Love Comes start met hemelse samenzang, maar de vrede wordt al snel wreed verstoord door synthdreunen, potige drums en stevige gitaren. Dan valt Warriner in en meteen  weet je dat dit geen bandje is van dertien in een dozijn. 

Wij krijgen misschien de indruk dat deze band zomaar uit het niets komt, maar dit is dus al hun derde album. De band begon als ondersteuning van singer-songwriter Warriner, slonk na de eerste tournee tot een trio en ging vanaf dan de elektrische toer op. Hun geluid werd alsmaar groter en uitbundiger en vond zijn voorlopige bekroning in deze catchy plaat vol potentiële hits.

Liefhebbers van Snow Patrol zullen Break Free het einde vinden, fans van Milow zullen smelten bij Let Us In en de Razorlightfanclub zal overstag gaan bij First Aid Kit. Wij waren meteen mee met het filantropische Animals.

Op de hoes staan de tien tracks netjes gerangschikt zoals op een vinylplaat: vijf op de A-kant en vijf op de B-kant. De zogenaamde A-kant is over het algemeen meer rockgetint en zomers, al is het laatste nummer Blood On The Road een donker verhaal over gevaarlijke lifters in verlaten gebieden.

De B-kant is zachter maar donkerder. In Skeleton Man huilen de gitaren mee met de oude zanger die vol heimwee terugblikt op het begin van zijn carrière, maar in Bells laat een banjo de zon weer binnen. Het door bassist  John Albers gezongen Shattered heeft dan weer een blueskantje.

The Waxbills zijn geen vernieuwende experimentele band, maar hun in late sixties- en seventiesrock gedrenkte album getuigt van een enorm potentieel.

1 oktober 2012
Marc Alenus