Unitopia - Covered Mirror Vol. 1
Bird's Robe Records
In afwachting van het nieuwe studiowerk wagen de Aussie progrockers van Unitopia zich aan bewerkingen van klassieke songs die deel uitmaken van hun inspiratiebronnen. ‘Covered Mirror Vol. 1’ geeft deze gevarieerde collectie de gouden “Midas touch”. De resultaten klinken bij momenten spectaculair.

Met Signs Of Life componeerde toetsenist Sean Timms ooit een John Williams-achtig stuk dat doet denken aan de film “Close Encounters of the Third Kind”. Nu doet het dienst als de prelude tot een somptueus vijfsterrendiner.
Het maakt een logische overgang naar het symfonische Calling Occupants of Interplanetary Craft uit Klaatu’s ‘3:47 E.S.T.’ Klaatu zorgde in 1976 even voor opgeheven hoofden. De verkoopcijfers gingen de hoogte in door het gerucht dat het een verdoken reüniealbum van The Beatles betrof. Pas na de derde plaat bleken het drie begaafde Canadezen te zijn. In ieder geval zouden Paul McCartney en John Lennon trots geweest zijn op dit nummer. En past het perfect in het muzikale crossoveridioom van Unitopia.
De Marillion-klassieker Easter kunnen we ons moeilijk indenken zonder de begeesterende zang van Steve Hogarth en de gitaren van Steve Rothery. Maar frontman Mark Trueack zet de hartverwarmende tekst naar zijn hand. De koortjes in de tweede helft klinken geweldig. Instrumentaal wijkt het weinig af van het origineel uit ’89, maar de gitaarsolo’s van Matt Williams zijn om evengoed door een ringetje te halen.
Welke Australiër bleef in de eighties immuun voor de synthpop van Icehouse? Het titelnummer van hun bestseller uit ’87 ‘Man of Colours’ krijgt hier een gloedvolle uitvoering met nog maar eens excellente vocale harmonieën.
De Genesis medley start verrassend met The Silent Sun uit het weinig bekende debuut ‘From Genesis to Revelation’ uit ’69 – de groep maakt er een aangrijpende ballad van. Wat dan volgt, is een ronduit schitterende aaneenschakeling van Genesis’ bekendste thema’s uit Supper’s Ready, Dancing with the Moonlit Knight, The Lamb Lies Down on Broadway en The Carpet Crawlers.
Trueack heeft natuurlijk niet Peter Gabriels timbre, maar hij voelt diens lyrics feilloos aan. Het bandspel klinkt “smooth as silk”, zoals de ondertitel van de cd luidt. De donderende drumfills van Phil Collins komen opnieuw krachtig tot leven.
Het hoeft niet te verbazen dat men uit het Led Zeppelin-repertoire net Rain Song heeft gekozen. Regen behoort om vanzelfsprekende redenen tot de nationale obsessies van Australië. Bovendien komt het nummer uit één van de progressievere albums van LZ (‘Houses of the Holy’ uit ’73) en past het binnen het sterk ecologische wereldbeeld van de band.
Eén van de Europese groepen waarmee Unitopia makkelijk verbonden wordt, is Supertramp. Hun Even in the Quietest Moments (1977) groeit uit tot een showcase voor Daniel Burgess op sax en didgeridoo. Todd Rundgrens Can We Still Be Friends klinkt hier alsof het evengoed van Supertramp had kunnen zijn. Met Matt Williams componeerde Burgess Speaking the Truth en haalt hij hier zijn beste fluitspel boven.
Wie kent nog The Korgis? Deze Britse popband liet in 1980 het onsterfelijke Everybody’s Got to Learn Sometime aan de wereld. Het contrast kan niet groter met de intro van de Yes medley, als de grootse gebaren uit And You and I worden ingezet. Nu is Yes altijd een vocale groep geweest. Geen wonder dat vooral de gezongen secties benadrukt worden. Ze lijken van de ene naar de andere topografische oceaan te vloeien: Awaken, Close to the Edge, Soon, Onward, Owner of a Lonely Heart, Survival. Voorts wordt er een beetje drama opgebouwd in South Side of the Sky.
Een band als Unitopia die zo’n hoge productiestandaard hanteert, moet ook iets hebben met Alan Parsons. Het beste van de Britse geluidstovenaar blijft ‘Tales of Mystery and Imagination’ (’76), waaruit de vocale parel To One in Paradise is geplukt. Ten slotte – alsof men net uit de tijdmachine komt gestapt – buigt men eerbiedig naar de tijd- en labelgenoten van The Flower Kings. Trueack mag met The Way the Waters Are Moving een vette streep trekken onder ruim zeventig minuten briljante muziek. Ja, ‘Covered Mirror’ is in de eerste plaats zijn akte van veelzijdige bekwaamheid.
Je moet blijkbaar van Down Under komen om de Europese school (Genesis, Yes, Supertramp) te verzoenen met een iets lossere, Amerikaanse stijl. Unitopia doet het alsof het de natuurlijkste zaak van de wereld is. In het inlegboekje – feeëriek vormgegeven door Ed Unitsky – geven de muzikanten tekst en uitleg bij elke keuze.
‘Smooth as Silk’ heet dus dit eerste volume van ‘Covered Mirror’. Er ligt met andere woorden nog meer op stapel. Het is in elk geval een volwaardige overgangsplaat tussen het derde, schitterende album ‘Artificial’ (2010) en de dingen die gaan komen. Als een volgende studioplaat hetzelfde niveau haalt als deze superieure covercollectie, dan mogen we ons opmaken voor een grote verrassing.