#DeProgprof (aflevering 16)
Curieuze vaststelling: verschillende Nederlandse progrockers proberen aan de aardse zwaartekracht te ontsnappen. The One uit Dordrecht tracht op de tweede worp ‘Lighter Than Air’ te klinken. Veteranengroep The Ceres Phenomenon vertrekt op hun gelijknamige plaat op een ruimtereis van vele lichtjaren. Ook de Friese heren van Leap Day dagen de natuurwetten uit op ‘When Gravity Wins’.
Het logo van de Nederlands-Engelse groep The One rond drummer Timothy van der Holst is een directe verwijzing naar Yes en dan mag je muziek in die stijl verwachten. Maar net als op debuut ‘Sunrise’ zoeken de leden niet meteen naar epische sensaties; geen enkel nummer overstijgt de zes minuten. Toch weet men binnen die "beperkte" ruimte een hele wereld op te roepen. Want deze band is, vergeleken met ‘Sunrise’, enorm gegroeid.
‘Lighter Than Air’ is een gevarieerd album geworden. De songs hebben voldoende onverwachte bruggetjes waardoor de muziek plots een heel andere kant opgaat. Ook de verhaalkeuze is opmerkelijk. The Wolf presenteert zich als een horrorlegende met spoken word. Zelfs een liedje als South Of Cookham Wood kan hier; met zijn kritiek op de industrialisering past het in de romantische traditie. De "dark satanic mills" van William Blake zijn niet ver weg.
‘Lighter Than Air’ is een hechte groepsplaat met een geluid dat Britse en Amerikaanse elementen mengt. Met name de stem van Max Gilkes schuurt tegen de trans-Atlantische sound aan. De totaalaanpak brengt de luisteraar ergens tussen Spock’s Beard en Big Big Train! Dat klinkt alsof dit album nog een eigen smoel ontbeert, maar zo is het zeker niet bedoeld.
De gitaarsolo’s van Edwin in ’t Veld zijn zo onwijs gaaf. Deze jongens hebben geen Steve Howe nodig. Ron Mosers toetsenspel is niet dominant maar levert wel fraaie inkleuringen. Het samenspel heeft de grootste verdienste, zoals de hele groep steeds de spanning tot het einde erin houdt. The One is een band om in de gaten te houden.
The Ceres Phenomenon is een offshoot van het Haagse Timelock. Toetsenist Julian Driessen en zanger Ruud Stoker gaan samen al terug tot de jaren tachtig. Op deze nieuwe schijf mikken ze ver vooruit, het jaar is 3593. Stoker bedacht een sciencefictionconcept dat alle topen van het genre afvinkt: de reis naar een verre ster, de communicatieproblemen aan boord van de ruimtecapsule, de onherbergzame planeet en de onbekende vijand.
Het kwartet neemt uitgebreid de tijd voor het narratief rond astronaut Sentem. Vooral de klanktapijten van Driessen en de kosmisch klinkende gitaar van Ron Koel maken van ‘The Ceres Phenomenon’ een plaat om vaak naar terug te grijpen. De cd verschijnt in een laborieus boekwerkje met de hele verhaallijn en verlucht met intrigerende NASA-foto’s.
Het ene moment ben je populair, het volgende ben je een vallende ster (Falling Star) en word je overmand door ouderdom (Wrinkles). Je zou denken dat Leap Day deze songs heeft geschreven met Marco Borsato in het achterhoofd. Maar we vermoeden eerder een scifi-gegeven. Die rimpels zijn immers het gevolg van de zwaartekracht.
De albumtitel werd dus ‘When Gravity Wins’ en omhelst het beste werk van deze Friezen sinds het tweeluik ‘From The Days Of Deucalion’. Met Void en Viral Cage schiet de band verrassend stevig uit de startblokken. Dat mag vaker gebeuren. Bij wijze van contrast profiteert de ballad Winter van fraaie inkleuringen met piano en trompet.
Met name gitarist Eddie Mulder en bassist Harry Scholing zijn op de nieuwe schijf uitstekend op dreef. Nieuwe zanger Roelof Beeftink lost de verwachtingen in. En dan moet het beste nog komen: Pride Before The Fall is hun langste nummer ooit en behandelt de sage van het vrouwtje van Stavoren, een lokale beroemdheid in Friesland. Leap Day tart hier de gravitatie en overstijgt zichzelf in een muzikale schildering die spannend blijft tot het gaatje.
'Lighter Than Air' van The One is verschenen bij Construction Records. 'The Ceres Phenomenon' is een release van Freia Music. 'When Gravity Wins' door Leap Day wordt uitgegeven bij Oskar Records.
