And They Spoke In Anthems - De plaat was echt nog niet klaar

De plaat was echt nog niet klaar

Arne Leurentop is de drijvende ziel achter And They Spoke In Anthems. Na een lange periode van radiostilte verscheen onlangs zijn tweede plaat ‘Money Time’. We spraken met Leurentop in zijn thuisstad Gent over die nieuwe plaat, de desinteresse in sociale media, zijn klassieke achtergrond en nog zoveel meer.

Er zit vijf jaar tussen ‘June’, je vorige plaat en ‘Money Time'. Waarom heb je zoveel tijd nodig gehad?

Daar zijn verschillende redenen voor. Eén ervan is mijn gewijzigde thuissituatie: een baby verandert veel in een leven. Daarnaast had ik, naast And They Spoke In Anthems, tussendoor ook nog andere projecten lopen, zoals voor Theater FroeFroe. Die vond ik stuk voor stuk boeiend en ze waren ook nodig om brood op de plank te brengen.

Maar de belangrijkste reden was dat ik de plaat op het moment dat ik dacht dat ze klaar was, aan enkele mensen in mijn omgeving liet horen en die wezen me er op dat ze nog niet klaar was; een raad die ik ter harte heb genomen…

Wat is het grote verschil in manier van opnemen tussen beide albums?

‘June’ nam ik op in mijn eentje thuis. Voor ‘Money Time ging ik veel gedetailleerder te werk en is er veel meer gesleuteld aan de songs. Na de opmerking dat het album nog niet klaar was ben ik de studio ingetrokken met echt goede muzikanten. Tot dan had ik alles zelf ingespeeld, maar de zaken, die zij toevoegden aan de nummers, bleken echt een meerwaarde te zijn. Iemand, die zijn instrument echt beheerst, haalt zoveel meer uit een nummer.

Is ‘Money Time’ dan uiteindelijk geworden wat je in gedachten had?

Ik denk het wel. Anders zou ik ze niet gereleased hebben. De aanvullingen en details, die de muzikanten er in de studio aan toegevoegd hebben, hebben de plaat echt wel naar een hoger niveau gebracht. En het klopt inderdaad dat de plaat echt nog niet klaar was.

Wat is eigenlijk je achtergrond als muzikant?

Ik ben eigenlijk een klassiek geschoolde violist, maar daar doe ik eigenlijk niks meer mee.

Mis je dat dan niet?

Goh, ik heb mijn opleiding aan het conservatorium niet afgemaakt. Ik vond die heel technisch en eigenlijk verloor ik daardoor mijn plezier in het musiceren. Als ik bovendien zie hoe sommige van mijn medestudenten van toen nu met muziek bezig zijn, dan ben ik blij dat ik die keuze maakte en met boeiende projecten kan bezig zijn, waarin ik mijn eigen ei kwijt kan.

Hoe ga je eigenlijk te werk om tot een afgewerkt nummer te komen?

Ik ben absoluut geen veelschrijver. Ik moet dus echt gaan zitten en werken aan een nummer. De muze komt niet zomaar bij mij langs. Vroeger trok ik me soms een weekend terug in de Ardennen om me te focussen op het schrijven van songs of zelfs één song, maar dat is met een kindje in huis minder evident.

Verder zit er niet echt een vaste structuur in het schrijven van nummers. Het kan zijn dat ik drie tekstregels heb en voor de rest moet zwoegen, maar dat kan evengoed een akkoord zijn of een bepaalde melodie, die in mijn hoofd opkomt. Hoe dan ook blijft het steeds een nine-to-five-job om tot een afgewerkte song te komen.

Welke muzikanten of artiesten beschouw je als je grootste invloeden?

Ik kan daar niet onmiddellijk een naam op plakken. Uiteraard word ik beïnvloed door muziek die ik graag hoor en in die zin hoor ik vaak vergelijkingen met The Beatles en Dylan. Op zich niet geheel onlogisch, aangezien dat ook wel de muziek is waar ik zelf graag naar luister, maar het is niet zo dat ik bewust nummers schrijf waarvan ik wil dat ze zo of zo gaan klinken.

De sixties zijn dus heel aanwezig in mijn muziekcollectie, maar ook hedendaagse bands zoals Wilco en Villagers kunnen me bekoren. Ook mijn klassieke achtergrond beïnvloedt me, vaak onbewust, vooral als het gaat om harmonieën. Tot slot ben ik erg onder de indruk van Daniel Norgren. Vooral de manier waarop hij live speelt, inspireert me enorm. Hij doet het ook met een trio, waarbij de muzikanten onderling wisselen van instrumenten om zo toch een breed palet aan mogelijkheden te benutten.

Met ‘June’ trok je alleen de baan op, maar voor ‘Money Time’ komt daar verandering in en zal je met een band optreden. Waar gaat je voorkeur naar uit?

Voor ‘June’, wat uiteindelijk een superpersoonlijke plaat was, vond ik dat solo optreden wel passen. Op zich was het een vrij complexe manier van spelen, omdat ik heel veel met loops werkte, die ik live in gang zette. Door veel te spelen vond ik daar echter automatismen in en werd dat steeds plezanter om te doen.

‘Money Time’ werd tijdens het ontstaan minder een louter persoonlijk project, waardoor het dus logisch werd om ook met een band op te treden. Ik merk tijdens de repetities en try-outs trouwens dat deze manier van spelen me meer comfort en rust biedt, waardoor ik meer ontspannen op het podium sta.

Hoe zie je And They Spoke In Anthems evolueren?

Ik hoop vooral veel te kunnen optreden met deze plaat en met deze band. Verder zie ik wel wat er op me afkomt. Ik sta nu veel in clubs, maar het is niet dat ik me daarop vastpin. Grotere zalen horen zeker tot de ambitie.

Bij de voorbereiding gingen wij online op zoek en het viel op dat je daar weinig actief bent. Vind je sociale media een zegen of een vloek als muzikant?

De eerlijkheid gebiedt me om te zeggen dat ik het haat. Er wordt me dikwijls gezegd waarom ik op instagram zou moeten, maar ik vind Facebook op dit moment al een compromis. Bovendien denk ik er gewoon veel te weinig aan om daar dingen op te posten. Ik besef natuurlijk wel dat je op die manier als artiest jezelf kan promoten, maar ik doe het niet graag en ik wil mijn tijd daar dan ook niet al te veel aan spenderen.

Wat is het slechtste advies dat je als muzikant eigenlijk ooit gekregen hebt?

Of het echt een slecht advies is, wil ik hier nog in het midden laten, maar tijdens mijn opleiding op Studio Herman Teirlinck daagden docenten ons uit om zaken te proberen die ver buiten onze comfortzone lagen. Volgens mij deden ze dat bewust om ons met onze beperkingen te comfronteren. Ik heb toen heel veel slechte dingen moeten brengen op een podium, maar dat heeft me er uiteindelijk maar meer van overtuigd om mijn eigen ding te doen.

Stel dat je je droomaffiche mag opstellen waarbij je volledige carte blanche krijgt en budget of de dood geen belemmering zijn, wie zou je dan allemaal boeken?

The Travelling Wilburys omdat ik op die manier met George Harisson, Bob Dylan, Roy Orbison en Tom Petty direct een heel aantal bandleden van mijn favoriete bands zou kunnen combineren. Verder ben ik het soort muziekluisteraar die bands altijd net een plaat te laat ontdekt. Ik zie ze dus zelden tijdens de tour na hun meesterwerk, maar eerder die tour daarna. En dat is dan meestal na een mindere plaat. Daarom graag: Feist na ‘Metals’, Damien Rice na ‘O’, PJ Harvey na ‘To Bring You My Love’, Dusty  Springfield na ‘Dusty In Memphis’ en Wilco na ‘Yankee Hotel Foxtrot’. De avond mag starten met het allereerste optreden van Elvis Presley en afgesloten worden door de allerlaatste show van The King.

Een ecletische avond, maar er zou volk op afkomen. Bedankt voor je tijd.

And They Spoke in Anthems stelt 'Money Time' live voor in de Minard in Gent op zondag 10 maart. Klik hier voor meer info en tickets.

10 maart 2019
Patrick Blomme