Pilod - Elk nummer moet een impact hebben

Het is een koude dag in Brussel, maar binnen in het eetcafé La Bar Tapas aan het Sint-Goriksplein is er soep, artisanaal brood en Zinnebir. We schuiven aan bij Fré Baervoets aan een tafeltje in een hoek bij het raam voor een babbel over Pilod, de band waar hij in zit samen met drummer Geert Luyts en bassist Christophe Vandewoude (ook lid van Isbells), en hun laatste album ‘Black Swan’. Die plaat, een puur DIY-product schopte het immers tot in ons eindejaarslijstje en we waren wel eens benieuwd wie er achter dat intens werkstuk zat.

Elk nummer moet een impact hebben

Jij en Christophe speelden voor Pilod al samen. Waarom werd die band, The Boy Outside, ten grave gedragen?
Fré Baervoets:

Ik speelde met Waldo Dekeyser en Koen Vandroogenbroeck (Grim)  op de middelbare school in een band die Nagorno Karabach heette. Dat was een geweldige tijd. We konden alternatieve (eigen) muziek spelen en we zetten ons af tegen wat ik “marktrock” (klassieke rock) noemde. Christophe heeft ooit bekend dat toen hij ons voor de eerste keer zag optreden, wij hem hebben geïnspireerd om muziek te gaan maken.

Koen en ik speelden nog bij All Eyes West, maar die band is gesplit na 1 album. Later was ik op zoek naar een band en ik vond er geen. En net toen ik terug kwam van een reis naar Barcelona, zei Christophe dat hij zin had om terug samen te spelen met de mannen van Nagorno Karabach, zijn toch en beetje heldenvan lang geleden. Zo vormden wij samen met Diederik Dumon The Boy Outside. 

Destijds in Nagorno Karabach speelde ik bas, maar bij The Boy Outside ben ik algauw gitaar beginnen spelen. Eigenlijk hadden we er ook Koen Van Droogenbroeck (Grim) bij gewild, maar die had geen tijd en Diederik wou niet veel optreden en zo bloedde die band dood. Christophe en ik vonden dan een nieuwe drummer in Valerie Stoens en samen vormden we Pilod. Een paar nummers van The Boy Outside hebben het trouwens nog tot op onze debuutplaat ‘Sunny Forecast’ geschopt.

Die debuutplaat kwam drie jaar geleden uit. Was de titel een grapje?
Nee hoor, mensen denken dat soms omdat wij zulke donkere, slepende songs brengen, maar die plaat gaat over “vooruitkijken”. Ik vind dat er ondanks de donkere sfeer ook hoop in de nummers zit. Zeker in de titelsong vind je dat terug. De toekomst wordt mooi, dat spreekt daar uit.

En werd het zonnige vooruitzicht bewaarheid?
Ja, (lacht) met ‘Black Swan’ bijvoorbeeld.

De cover van Sunny van Boney-M was dan toch wel een grapje?
Wel… het was een vriend van mij uit Barcelona, die ons uitdaagde om het te coveren. Ik waagde een poging en, toen ik die zelf hoorde, dacht ik: “Ik heb dit nummer verkracht… maar het is toch geslaagd”. Het is trouwens het eerste nummer dat we opnamen met nieuwe drummer Geert. En het zit zo ergens tussen de sound van de debuutplaat en ‘Black Swan’ in.

‘Black Swan’ klinkt wat robuuster dan het debuut. Heeft de wissel van drummer daar mee te maken?
Toen we het nieuwe album begonnen te maken, vertrokken we (zoals steeds trouwens) vanuit jams. Ik heb uit die jams vooral de minder slepende stukken gehaald. We hebben die vooraan gezet, maar Geert heet zeker zijn inbreng gehad. Hij is beter in het uptempo spelen dan Valerie en steekt er wat meer power onder. Maar zij kon als vrouw misschien meer emotie in de muziek brengen. Door de wissel van drummer hebben we vorige keer heel wat tijd verloren. We zijn nu ook al aan het jammen met het oog op de derde plaat. En die mag er, wat ons betreft, sneller komen.

Je komt niet over als een zwaarmoedig mens. Vanwaar dan de donkere sfeer op jullie platen?
Ik denk dat Christophe ook houdt van dit soort muziek. Het is niet de bedoeling om donkere muziek te maken. Wij willen vooral mensen raken. Het is heel sfeervolle muziek en wij willen ook dat elk nummer een impact heeft. Dat proberen we live ook na te streven. Dan stellen we ons op in een driehoek of schuin zodat we elkaar goed kunnen zien en op elkaar kunnen inspelen. En we hebben ook een prima geluidsman die het beste in onze sound naar voor kan halen.

Ik heb ook al gezegd dat onze eerste plaat een hoopvolle plaat was en ook op ‘Black Swan’ staan nummers als Blind Date dat geïnspireerd is door de voetbalploeg waarin ik speel en waar op een dag, na de match, een gesprek ontstond over welke datingsite nu de beste was om een lief te vinden.

De plaat is vernoemd naar een boek van de Libanees-Amerikaanse auteur Nassim Taleb. Hoe kwam je daar bij?
Ik heb dat boek gevonden in het kader van mijn werk en ik herkende het thema zeer goed. In het boek zijn zwarte zwanen een metafoor voor onverwachte, ingrijpende gebeurtenissen die niemand ziet aankomen, maar waarvan iedereen achteraf toch zegt: “Het was te verwachten”. De economische crisis of de bomaanslagen in Parijs en Brussel zijn daar voorbeelden rvan. Maar ook op persoonlijk vlak maakte ik een aantal zaken mee die een zware impact op mijn leven hadden. Dat geldt natuurlijk voor iedereen af en toe. Dus dat was een goed thema voor een plaat.

Nu je het zegt, worden een aantal zaken duidelijk. We dachten al dat Level 4 over de terreurdreiging ging, maar zeker waren we niet.

Dat gaat daar zeker over. Ik zat toen in Brussel en, toen ik op mijn werk kwam, checkte ik het nieuws. Wij mochten het gebouw niet meer verlaten en iedereen werd teruggeworpen op zijn basisinstinct: zoeken naar veiligheid. En je ontdekt bij jezelf dat je plots iemand wil  hetzelfde slechte wil aandoen (wreken?). Je instinct geeft je in om die daders, die zo’n vreselijke dingen doen, hetzelfde betaald te zetten. Maar je vraagt je ook af hoe het allemaal zo ver is kunnen komen, wie ze zijn….

Andere songs zijn geïnspireerd door persoonlijke ervaringen. Lion Ego gaat bijvoorbeeld over iemand die ik kende en die zich ongenaakbaar voelde, maar die door de omstandigheden toch ten val kwam en zich dan moest afvragen of hij wel degelijk boven alles verheven was.

Victory At Hand gaat dan weer over het gevoel dat ik had toen ik een belangrijke beslissing had genomen om zaken in gang te zetten waarvan ik dacht dat ze nodig waren en het vertrouwen dat ik had dat het goed zou uitdraaien, maar voor iemand anders kan het zomaar gaan over de nakende zege van zijn voetbalteam.

Vormt de plaat een geheel?
Ja, dat vind ik zelf heel belangrijk. Mijn favoriete platen zijn bijvoorbeeld ‘Black Love’ en ‘Gentlemen’ van The Afghan Whigs. Die beluister ik telkens van begin tot eind en die vormen een verhaal. Als je zoiets kan bereiken met een album, dan bereik je het summum. Ik zeg niet dat wij daar altijd in slagen, maar een rode draad hebben, is wel belangrijk, ook al is dat misschien niet hip.

Voorlopig zitten jullie nog steeds zonder label. Een bewuste keuze? Of zouden jullie toch graag ergens tekenen?
We hopen daar ergens wel op. We hebben er ook al naar gezocht, maar voorlopig blijft het bij een aantal samenwerkingen voor boekingen. We vonden nog geen label dat een deftig voorstel deed. We willen een label dat deuren opent. We hadden nu interesse van twee kleine Duitse labels, maar we zagen dat alleen de dingen ingewikkelder maken. We willen niet wachten op een label om onze muziek uit te brengen. Dat zou ons ongelukkig maken. Dus doen we het maar zelf.

Is er ergens een Leuvense scène waar jullie steun ondervinden?
Niet echt, al zou Grim na tien jaar weer aan een nieuwe plaat denken. Zij brachten twee albums uit in het begin van de jaren 2000 (‘Take Your Seat’ en ‘White Light’, nvdr) en maakten moderne versies van muziek van Erik Satie en Arvo Pärt. Met hen hebben we vroeger al opgetreden. Dus misschien kunnen we dat binnenkort weer. Er zijn blijkbaar wel nieuwe bands als The Herfsts, maar die ken ik niet goed.

Jullie bestaan vijf jaar. Wordt het een speciaal jaar?
We willen vooral werken aan die nieuwe plaat en ondertussen zoveel mogelijk optreden.

Pilod live meemaken kan:

Pilod Black Swan Concerts: 
12.02 Kuub, Mechelen //
04.03 St. Georges, Roeselare //
31.03 The Cover, Gent //
27.04 Cabron, Antwerpen //
07.05 De Living, Heist op den Berg //
30.06 Kouter - Poperinge //
03.10 Point Culture ULB - Brussel //
28.10 Vizit - Wilrijk //
26 januari 2017
Marc Alenus