Domino '07 - Ups & Downs

Ancienne Belgique, Brussel, 8 november 2008

Elk festival kent zijn hoogten en laagten. Precies daarin ligt de charme van een festival verscholen. Bovendien is wat voor de één een hoogte is, voor de ander een laagte. Dag vier van het Domino festival begon veelbelovend, zakte dan in elkaar om dan even later terug ten goede te worden gekeerd door de afsluiter.

Domino '07 - Ups & Downs



Ronduit verrassend was het optreden van The Strange Death Of Liberal England, een erg jonge groep uit Engeland, met één single op hun repertoire. Door middel van veelvuldige optredens en uiteraard het onvermijdelijke MySpace heeft de band al een behoorlijke reputatie opgebouwd. De vier jongens en een meisje zijn niet veel van zeggen. Hun muziek spreekt trouwens boekdelen. En voor de verdere communicatie wordt gewerkt met borden die de titels van de nummers en de naam van de groep vermelden. Zanger Adam Woolway, ruim voorzien van hoogblonde krullen, heeft een hoogst ongewone stem, die ergens tussen die van David Byrne (Talking Heads) en Win Butler (Arcade Fire) ligt. Met die stem weet hij trouwens perfect de emoties die uit hun songs naar voren moeten komen weer te geven. En daarbij wordt hij ondersteund door de meerstemmige achtergrondzang van zijn medebandleden. Niet alleen de stem van Woolway doet trouwens denken aan Arcade Fire. Er zijn wel meer vingerwijzingen naar die band : het enthousiasme van de bandleden bijvoorbeeld of de vele instrumentwisselingen. En de muziek uiteraard : gedreven, dreigend en vooral mooi. Deze groep is een ware ontdekking en het verbaast dan ook niemand dat zij precies op Domino de neus aan de deur komen steken.

Als tussendoortje mocht Christian Fennesz, de Oostenrijkse gitarist/sample-artist zijn kunsten vertonen. Alleen op het podium met gitaar, sampler en de onvermijdelijke Apple-computer deed hij een poging de zaal te onderhouden. De geluiden uit zijn elektrische gitaar werden zwaar vervormd de boxen uitgestuurd. Met slechts subtiele wijzigingen in de oorverdovend luide samples en een podium waarop weinig te zien was, koos het merendeel van de toeschouwers al gauw voor de verkoeling van de lobby boven de grote zaal. En gelijk hadden ze : buiten enkele interessante wendingen was aan dit optreden weinig plezier te beleven.

Dat was dan weer helemaal anders bij Thee Silver Mount Zion Orchestra & Tra La La Band. “Some people still call us a post-rock band.” aldus zanger/gitarist Efrim, zich al even vrolijk verstoppend achter zijn krullen als de zanger van de eerste band van de avond. En inderdaad : post-rock is slechts een etiket dat een deel van deze lading dekt. Je hoort even vaak folk, pop of avantgarde bij dit gezelschap dat zich mooi in een cirkel op slechts een kwart van het podium heeft opgesteld en soms enkel voor zichzelf lijkt te spelen. Tijdens hun honderdnegentiende show worden vooral nieuwe nummers gespeeld, waarvan ons vooral afsluiter One Million Died To Make This Sound is bijgebleven. Ook hier is de meerstemmige zang opvallend. Maar nog opvallender is de chaos die wordt gecreëerd om daarin dan orde te scheppen, die dan uiteindelijk toch weer in chaos uitmondt. En op dezelfde manier wordt er gespeeld met stiltes en onverwachte wendingen.

Tussendoor wordt er meermaals contact gezocht met het publiek dat, wanneer de vraag wordt gesteld om eender wat de zaal in te gooien dat niets met de band te maken heeft, niet verder komt dan een teleurstellend “We Love You”, waarna Efrim het spel alras afrondt. Maar uiteraard is het publiek voor de muziek gekomen en dat publiek is dan ook wat blij dat de zaaluitbaters toch nog een bisnummer (Blind Blind Blind) toestaan.  Met deze set wordt bewezen dat je ook met nieuwe nummers een boeiende set kan uitbouwen.

De avond kende zijn ups en downs, maar wij onthouden, naast Thee Silver Mount Zion vooral de positieve indruk die opener The Strange Death Of Liberal England heeft nagelaten.

8 november 2008
Patrick Van Gestel