Duyster Festival - Van zoet aperitief tot copieuze hoofdmaaltijd met liefde opgediend

Cactus Muziekcentrum, 14 december 2025

Duyster Festival  - Van zoet aperitief tot copieuze hoofdmaaltijd met liefde opgediend

Terwijl buiten de windmolens samen met de torens van de stad Brugge de kop verstopten in het laaghangende grijs en de zwanen licht leken te geven op het zwarte water van de reien, stond in Cactus Muziekcentrum heel wat moois te wachten ter gelegenheid van vijfentwintig jaar Duyster met zes acts, die het beste van zichzelf zouden geven. Wij misten geen enkele noot. 

Emma Hessels mocht de aftrap geven. "We Will", was haar antwoord op de vraag van Ayco en Eppo om te komen spelen en met het gelijknamige nummer voegde ze de daad bij het woord. De soulvolle stem smerend met thee, bracht ze naast nummers uit de ep 'Constant Distance' ook Nederlandstalige, poëtische nummers als Tantalus en Landziek. Geflankeerd door een extra gitarist op resonatorgitaar en een toetsenist achter een Fender Rhodes en zichzelf begeleidend op akoestische gitaar, trok ze vooral de melancholische kaart. Niet zo verwonderlijk, want haar ouders hadden de compilatieplaten van duyster. En die vormden mee haar sound. Badend in vooral paarse en blauwe tinten van de spots, leidde ze ons naar het hoogtepunt van de set: Insular, het nummer dat in mei van dit jaar haar eerste single was en in première werd gedraaid door Ayco. “Een goed begin is het halve werk”, zong De Jeugd destijds. Emma Hessels toonde hoe dat moest.

Met Siem Reap, het project van Gilles Demolder, werd een grovere korrel gebruikt. Zijn muziek schuurt iets meer, zoals we al ervaarden op de twee albums. Met Oliver Kahn uit het recente album 'Wishin' I Was Fishin'' werd de set op gang getrapt, inclusief Duits voetbalcommentator. Met een drummer, die als Zeus (met T-shirt van Hatebreed) boven alles uittorende, en een bassist in het midden van het podium kon je vrezen voor snoeiharde hagelstenen, maar een zittende Demolder zorgde met neuzelende zang en met nylon snaren bespannen gitaar voor tegengewicht. De demonen uitdrijven doet hij wel bij Wiegedood en Oathbreaker. Zelfs toen hij voor The Magician Pt. 1 de gitaar inwisselde voor eentje met metalen snaren, bleef hij vooral zijn gevoelige kant tonen, begeleid door Zeus op glockenspiel. Pas aan het eind van Lotus, het voorlaatste nummer, barstte het onweer alsnog los. Met het afsluitende Ballerinas bereikte de set nog een teder hoogtepunt.

Toen het buiten ook donker was, betrad de man met de diepste bariton het podium. Adrian Crowley zingt het zelf: "I am the deep dark blue". En zo klonk hij ook, alsof hij een walvis was, die een bootje voorttrok over zwarte golven met witte kop met ons daarin. De tocht leidde naar een zuiders eiland waar calypso- en bossanovaklanken opdoemden uit 'Measure Of Joy' en we Eva, Queen Of The Vipers ontmoetten en de kerselaars fluweelzachte confetti strooiden. Deep Blue en Tangled werden nog gebracht met gitaar, maar algauw vleide de sombere poëet zich achter de Mellotron, waaruit hij scheve ritmes en buitenaardse klanken toverde. De reis duurde helaas niet lang genoeg om helemaal in de sfeer te komen, maar wonderlijk was ze zeker.

Duyster gaat wel vaker voor de fluistering dan voor de schreeuw, maar deathcrash sluit niets uit. Dat bewees het kwartet uit Zuid-Londen meteen met Doomcrash, dat fluisterend startte met nauwelijks beroerde snaren, maar uitmondde in een Middeleeuwse gitaarmuur en allesversplinterende feedback. Unwind ging dan weer de weg terug en nieuwe single Triumph maakte de beweging van hard naar zacht een paar keer op vier minuten tijd. Dat Tiernan Banks onderweg een.snaar brak, verbaasde niemand. Maar de youngsters lieten zich daardoor niet uit het lood slaan. Hij pikte er één van gitarist Matthew Weinberger en, terwijl hij die stemde, nam de gitarist doodgemoedereerd enkele foto's met een wegwerpcameraatje. Met Empty Head en het onvermijdelijke American Metal kwam de pletwals uiteindelijk toch tot stilstand. Deathcrash deed niets nieuws, maar wat ze deden, overtuigde en meer moest dat niet zijn.

Met Anna B Savage keerden we terug naar de singer-songwriter, compleet met akoestische gitaar, bloemetjesoutfit en op blote voeten. Zij begon met het twee jaar oude Hungry om dan nog dieper in het repertoire te grijpen met het intense Corncrakes. Een eerste mee-hum-moment kregen we met Lighthouse. Het was ook de eerste keer dat Savage het meest recente album met een bezoek vereerde, het enige liefdesalbum waarin haar partner en Ierland de geliefden zijn, zo vertelde ze. Dat het volgende nummer Donegal was, lag dan ook voor de hand. Minder voor de hand waren dan weer Crown Shyness, The Ghost en In|Flux, waarop het zowaar dansen was. Voor Savage zelf het sein om alle hoeken van het podium te verkennen en met de gezichtsspieren de grenzen van mimiek af te tasten. Met het korte Big & Wild en The Orange keerde de flowerpower terug. En ook daar is niets mis mee. We kunnen wel wat liefde en vrede gebruiken!

The Notwist is zowat de duyster.-band bij uitstek. Al sinds het begin wordt de band gedraaid, ook al ging ze door heel wat fases. Dus wie beter dan zij konden de avond afsluiten? En de Duitsers stelden niet teleur. Wat een energie! Wat een overgave! Wat een technisch meesterschap! Ook al bleven de technici van de zaal tot de laatste seconde voor het startsein alles afstellen met bezorgde gezichten, kende de set geen enkele hapering. Opener Into Love / Stars ging naadloos over in Kong en wij stonden verbaasd te kijken naar hoe de zeven muzikanten als een geöliede machine klonken. Enkel Duitsers "shaffen dass". Neem daarbij in rekening dat het hier gaat over instrumenten als vibrafoon, harmonium en basklarinet, maar ook over ziedende of uit de bocht vliegende elektronica en nerveuze drums. En dan hebben we nog niets gezegd over Markus Archer, die af en toe nog onduidelijke dingen deed met een platenspeler. 

Eigenlijk is het vreemd dat deze band zo geassocieerd wordt met een programma als duyster. Ze hebben ongetwijfeld dat schurende, maar het troostende of melancholieke karakter duikt slechts af en toe op in nummers als Who We Used To Be of Consequence. Op dat laatste was het trouwens wachten tot diep in de bisronde om dan wel met een collectief geslaagde herkenningszucht ontvangen te worden. De duyster.-fans moesten eerst voorbij een speelse, doch strakke set, waarbij ze ogen en oren tekortkwamen en zowat alle genres werden aangeraakt: van indierock over drum’n'bass langs dub tot heavy metal. Typisch voor het pad, dat Markus en Mica Archer en co. de voorbije twee decennia bewandelden dus. Wij onthouden vooral het in een heus pandemonium eindigend This Room, het ziedende Agenda, waarin The Notwist bewees ook met slechts drie man een storm te kunnen ontketenen en de groene, glazen blokfluit van Cico Beck, die verscheen bij nieuwste single X Ray.

Volgend jaar brengt The Notwist (actief sinds 1989) een elfde plaat uit, maar in Brugge beleefden we een opwindende reis doorheen het rijk gevulde verleden van de plaat. Een perfect orgelpunt voor vijfentwintig jaar duyster.

Duyster Festival @ Cactus Muziekcentrum - 14/12/25

15 december 2025
Marc Alenus