James Blunt - Beautiful
Vorst Nationaal, Brussel, 10 september 2010
Een afgeladen Vorst Nationaal heette James Blunt en de zijnen dolenthousiast welkom. Blunt liet bijna alle songs van zijn eerste twee platen, 'Back to Bedlam' en 'All the Lost Souls' de revue passeren, en toonde daarmee aan dat ook hij enthousiast was. "I just need this stage to be seen" zingt Blunt in Out of My Mind; hij voelt zich duidelijk thuis op een podium, en zet een gedreven, evenwichtige, en vooral erg mooie set neer.

In muzikaal correcte kringen wordt de mededeling "ik ga naar James Blunt kijken" erg vaak op meewarig wenkbrauwgefrons onthaald. Desalniettemin vinden wij 's mans cd's interessanter dan het gros van de pulp in de platenbakken, niet in het minst omdat er fijn op gemusiceerd wordt, maar ook omdat de songs tekstueel en qua inhoud toch nèt iets verder reiken dan het oeuvre van de meeste treurwilgen -die-goed-in-de- markt-liggen-bij-bakvissen. Bleef natuurlijk de vraag of Blunt zich ook live zou kunnen bewijzen. Maar we beginnen bij het begin.
The Hoosies mochten het voorprogramma verzorgen voor een stampvolle, opgewonden zaal. Hun poprock-deuntjes gingen er in als zoete koek, maar er bleef niks van aan de ribben plakken; het leek alsof we het allemaal wel eens eerder gehoord hadden. Hoe dan ook, ze lieten het publiek danig opgewarmd achter voor James Blunt, die na een pauze van een kwartiertje met zijn pianist en gitarist de bühne betrad.
"Me and my guitar play my way" zong Blunt, en na een paar maten viel het metershoge doek dat de ritmesectie en een groot scherm aan het oog hadden onttrokken naar beneden en werd met Give Me Some Love de aftrap gegeven voor wat een erg fijne show zou worden. De mix zat nog niet meteen goed, de sfeer daarentegen wel, en na een groovy Billy bewees Blunt goed bij stem te zijn in High. Dankzij de schermen naast het podium kon het publiek ook zonder verrekijker zien dat Blunt toch altijd wat zorgelijk bleef kijken - hij zingt natuurlijk niet over de fijnste dingen in het leven. Het grote scherm achter de groep zorgde dan weer voor wat visueel spektakel, al was het de ene keer wat geslaagder dan de andere; die screensavers waren tijdens bepaalde songs soms wat op 't belachelijke af. Geen tijd echter voor al te kritische overpeinzingen, want er wordt meegeklapt op I Really Want You en stil geluisterd naar One of the Brightest Stars. De iets kalere, tragere arrangementen deden de songs zeker geen oneer aan.
Blunt speelt zijn kostuumvestje uit en neemt plaats aan de piano. In een mengelmoes van Frans en Engels vertelt hij dat een vriend hem zei dat hij dè nummer-1-song voor huwelijken had geschreven met You're Beautiful (uitbundig gejuich vanuit de zaal), de nummer-1-song voor begrafenissen met Goodbye My Lover (weerom uitbundig gejuich), en hij vond zelf dat hij met I'll Take Everything de nummer-1 voor scheidingen had geschreven. De onheilspellende groove van laatstgenoemd nummer trekt zich op gang, en zowel Blunt als zijn muzikanten zijn erg gedreven, waardoor het allemaal erg geméénd lijkt. Voor Goodbye My Lover blijft Blunt alleen achter op het podium, maar een engelenkoor zingt vanuit het publiek de song helemaal mee. Na een daverend applaus doet Blunt solo nog No Bravery, met op het grote scherm filmpjes van oorlogsgebieden en de bijhorende miserie. Klinkt plakkerig, maar "beklijvend" is een beter woord.
Het tempo mag dan weer een klein beetje de hoogte in als Blunt terug de gitaar ter hand neemt en Annie inzet. Blunt krijgt het publiek gemakkelijk op z'n hand en voelt zich blijkbaar goed op een podium. Tijdens het volgende nummer springt hij wel van het podium af om zich letterlijk te laten omhelzen door het publiek, dat tegen dan helemaal rijp is voor You're Beautiful. Geliefden nemen elkaar wat steviger vast, wie niet aan 't kussen is zingt mee, en op het eind is het lange applaus en voetgestamp niet van de lucht. Blunt rekt de rustige intro van Shine On een beetje om het publiek te laten bedaren, het nummer trekt zich rustig op gang en zwelt dan aan, om over te gaan in Out of My Mind. In de hoogste regionen lijkt Blunts stem het een beetje lastig te krijgen maar een kniesoor die daarop let. Ondertussen zitten we weer "uptempo" en na Wisemen en de voorstelling van de band (dezelfde die op 'All the Lost Souls' speelt) krijgt de show zijn beslag met So Long, Jimmy. De "jam" op het einde is wat clichématig, te lang en rommelig, de confetti over het publiek associëren wij toch met een ander soort groepen, en de grote gong die naar beneden zakt en waar Blunt de show mee afklopt is een beetje te theatraal, maar dat zijn details. Voor de bisnummers zet Blunt - met een zeldzame brede glimlach - nog twee trage ballads van zijn recentste plaat in, One of the Brightest Stars en Same Mistake. Met de disco-groove van 1973 gaat het dak van Vorst er helemaal af.
Blunt en zijn muzikanten laten zich nog een uitgebreid applaus welgevallen; dit uur en drie kwartier lijken voorbij gevlogen. Voor wie van Blunts songs houdt, was het een prachtige avond, met gedreven, begeesterde muzikanten, een podium waarop wel degelijk iets gebeurde, en vooral: een fantastische sfeer tussen publiek en podium. James Blunt sloot af met "You were great, merci beaucoup". Insgelijks James!