Rock en Seine 2017 - C'était chaud, je t'aime

Parc Saint-Cloud, 25 augustus 2017 - 28 augustus 2017

Mooie liedjes duren niet lang. Zo kwam er dan ook veel te snel een einde aan het driedaagse festival Rock en Seine, dat plaatsvond in de prachtige tuinen van Parc de Saint-Cloud. Wij hebben kunnen proeven van een uiterst gevarieerd aanbod aan muziek en geven u dan ook graag even de tien beste acts mee.

Rock en Seine 2017 - C'était chaud, je t'aime

Vince Staples

Onder de neuzelende stemmen van Ramona Park Is Yankee Stadium kwam Vince Staples, gehuld in een doodgewone, zwarte tenue, het met rook gevulde podium opgestrompeld alsof hij zonet de eigen woonkamer was binnengewandeld. Even wierp hij ons een woeste blik toe, als een ongetemd roofdier dat zijn prooi aankijkt alvorens het te bespringen, en barstte vervolgens helemaal los met Party People. Regelmatig gunde hij zichzelf een adempauze en liet hij de lijnen over aan het voorgeprogrammeerde bandje terwijl hij letterlijk elke vierkante meter van het podium afstruinde, steevast met die kille, bijna ongeïnteresseerde blik in de ogen.

Op de rommelende bassen van 745 en Samo ontstonden spontaan enorme moshpits waarin ongetwijfeld een recordaantal tenen werden verbrijzeld. Maar net als Vince Staples trok niemand zich daar ook maar iets van aan. De spanning nam toe naarmate de Californische rapper steeds venijniger de lijnen uit de keel perste en een extase werd bereikt toen die uiteindelijk Yeah Right en Big Fish inzette. De Industrial Stage werd zowaar kort en klein gebeukt en de scheidingshekken begaven het op een haar na onder het gewicht van de overenthousiaste fans.

Na een laatste "I ain't never ran from nothin' but the police" (Norf Norf), liet hij nog een laatste geringschattende blik over het publiek gaan, prevelde hij een bedankje en weg was-ie. De kracht van eenvoud.

Little Dragon

"I'm trying to improve my French", riep Yukimi Nagano,  gehuld in een fluogroen kostuum en met een drumstick in de hand door de micro. Ze zag er dan misschien uit als een paradijselijke siervogel, toch konden we die permanente grijns van tevredenheid niet van ons gezicht krijgen. Een gevoel van gelukzaligheid overspoelde ons bij elk nummer dat ze inzette. Waren het haar dansmoves, haar charmes of gewoon de dijken van nummers? Waarschijnlijk een combinatie van alledrie. De band slaagde erin om de zo al krachtige nummers (Strobelight, Klapp Klapp) zo mogelijk nog krachtiger te brengen. Zelfde verhaal voor de meer intieme nummers. Toen ze "Are there any lovers out there?", uitriep, was de liefde dan ook tastbaar en het gejoel trommelvliesteisterend. "Well, this song is not for you", voegde ze er met een brede glimlach en twinkelende pretoogjes aan toe, om vervolgens Ritual Union in te zetten. Wij zijn na dit concert zo mogelijk nog meer verliefd geworden op Yukimi en co.

Franz Ferdinand

No You Girls, dat was het eerste nummer, die de Britse band bracht voor de propvolle mainstage. Seksistisch of niet, het nummer was genoeg om iedereen aan het dansen te krijgen, mannen én vrouwen. Wat volgde was van hetzelfde kaliber. Na Do You Want To en Love Illumination voelden we dat Alex, Nick, Paul en Bob met Ulysses en Always Ascending langzaam maar zeker naar het einde aan het toewerken waren. En ja hoor, na The Fallen volgde als vanzelfsprekend nog Take Me Out en, zoals u wel kan raden, was This Fire het klinkende slotakkoord van alweer een kwieke performance. Na een laatste, welgemeende "Merci" verlieten de bandleden uiteindelijk onder donderend applaus het podium.

FKJ

Een podium vol instrumenten, maar slecht één instrumentalist; de twijfel sloeg ons meteen om het hart. Onnodig, zo bleek achteraf. French Kiwi Juice aka Vincent Fenton kan op de piano wedijveren met Mozart, is een even bedreven saxofonist als Charlie Parker en is tevens een uiterst getalenteerd gitarist en vocalist. Kortom, één van de beste multi-instrumentalisten, die wij ooit hebben aanschouwd. Naadloos schakelde hij in luttele seconden over van het ene instrument op het andere en creëerde een dromerige, ontspannen sfeer op de Industrie Stage. Desondanks heeft hij zijn plaats in onze top tien niet alleen te danken aan zijn kunde, maar evenzeer aan de originaliteit. Zo liet hij, toen het einde van de set in zicht was, het publiek enkele woorden brullen, die hij vervolgens samplede en als backing vocals gebruikte. Als dat geen entertainment van de bovenste plank is, weten wij het ook niet meer.

George Ezra

Sympathieke jongen, die George. Met een grijns tot achter zijn oren wandelde de jonge knaap zichtbaar tevreden het podium op. "Hi, i'm George Ezra, and this is my band", riep hij opgewonden uit na de opener Cassy O’. Maar te zien aan de zwetende massa die zich voor het podium verdrongen had, leken alle Parijzenaars dat wel te weten. Wat volgde was een leuke mengelmoes van golden oldies en nieuwe nummers. Erg leuk trouwens hoe hij telkens even de tijd nam om een stukje uitleg te geven over de totstandkoming van zijn nummers. Afijn, het nummer waarop iedereen stond te wachten, werd als vanzelfsprekend bewaard tot het laatst: Budapest was ontegenzeggelijk een mooie afsluiter van Ezra's intieme showcase.

The xx

The xx is geen band om van in slaap te vallen, dat kunnen we u verzekeren. Onder luid applaus kwam de Britse band breed grijnzend en uiterst zelfverzekerd het podium op gewandeld. Begroeting was niet de gebruikelijke "Bonjour Paris!", die ons intussen de keel uitstak, maar de messcherpe gitaarriff uit het legendarische Intro. Dat ze tien minuten te laat op het podium verschenen, was in minder dan een minuut vergeven en vergeten.

Toen Oliver Sim enkele nummers later zijn vrouwelijke metgezel doodleuk achterliet op het grote podium, weliswaar met beat-a-holic Jamie Smith nog in de rug, kondigde Medley-Croft aan dat ze Performance alleen zou brengen. "Which is quite scary in front of all of you", stamelde ze nog terwijl ze de blik over de mensenzee liet gaan.

Na dat intieme moment - we zagen enkele oogjes blinken - deelde The xx nog enkele rake klappen uit (Shelter teisterde de trommelvliezen en Loud Places triggerde de dansbenen), om vervolgens nog het langverwachte On Hold uit de mouw te toveren. Toen de laatste noot nazinderde, werd het trio getrakteerd op een oorverdovend, minutenlang aanhoudend applaus waar ze zelf geen speld tussen kregen. "Thank you very much, Paris. We see you!", riep Medley-Croft nog uit alvorens met Angels een definitief einde te maken aan een wonderbaarlijk concert.

Peter Peter

L'avocat du melancholie, zo konden we Peter Peter het best omschrijven na afloop van opener Noir Éden. We troffen deze aan liefdesverdriet bezwijkende goudmijn aan op één van de kleinste podia van het festival. Hoewel wij nog nooit van hen hadden gehoord, bleken ze wel razend populair te zijn, daar aan de Seine. En terecht; krachtige doch betoverende synths ondersteunden de trieste songteksten die de band recht uit het hart leek te brengen. Voor Bien Réel liet de zanger het podium zelfs achter zich om op wandel te gaan in de massa fans. Met Une Version Amélioree De La Tristesse trok de Franse band tenslotte een streep onder de nihilistische uiteenzetting die nog lang in onze gedachten zou nazinderen.

Nog een artiest die de verwachtingen ruimschoots wist te overtreffen was MØ. Te popgericht, zegt u? Daar sluiten wij ons niet bij aan. Natuurlijk is het grootste deel van de muziek radioklaar, maar desondanks hield deze diva niet vast aan genres. Na een veilige start met Nights With You en het bommetje Kamikaze ramde ze ons eigenzinnig een heuse diversiteit aan songs door de strot. Van een akoestische versie van Cold Water (Justin Bieber) schakelde ze razendsnel over naar After Coachella, waarmee ze zowat iedereen uit het veld sloeg. And she didn't even give a fuck.

Het nummer Final Song hield ze voor het laatst, maar ze keerde al snel onder luid gejuich terug uit de backstage. "You want to hear some more? Good, because I practiced more songs", lachte ze. Echt afsluiten deed ze dan uiteindelijk met hitsingle Lean On en nog maar eens een "Merci, Paris!"

Flume

Flume is niet ieders favoriete artiest. Zijn alternatieve, experimentele sounds zijn niet altijd even toegankelijk, maar dat maakt Flume toch tot Flume, niet? Als er al muzikale grenzen zijn, heeft Harley Streten deze al onnoemelijk veel met de voeten getreden. En net dat lef maakt hem zo geliefd bij heel wat mensen. De massa voor de mainstage was dan ook niet te overzien; tot aan de Cascade Stage stonden mensen te wachten tot Flume zijn gebloemde doek zou laten vallen.

Na een kwartier had Streten heel wat oude en nieuwe bommetjes gelost, maar het beste moest nog komen. Toen Never Be Like You en Say It aan de beurt waren, voelden we het (en ons) hoogtepunt komen. En ja hoor, niet veel later schalde de remix van Disclosure's You And Me door de speakers. Toch eindigde hij zoals we hem kennen: vreemd en vooral steenhard ging het eraan toe met Free. En toen iedereen al met pijnlijke voeten onderweg was naar de slaapzak, verscheen hij plots terug op het podium; met terugrennende en uitschuivende fans tot gevolg. "One last time, guys", riep hij grijnzend uit terwijl hij Tiny Cities opgooide.

Roméo Elvis

Ja hoor, in onze top tien is er plaats voor een Belg. Roméo Elvis zorgde op Rock en Seine niet voor vonken, maar voor vuur. "Vous êtes chaud, quoi?", riep hij om de haverklap uit. En of het chaud was. De blakerende zon brandde vervaarlijk aan de wolkenloze hemel en we waren al kletsnat voor Roméo Elvis het podium betrad. Als je daar nog de hevigheid van de performance en de tegen elkaar beukende mensen aan toevoegt, krijg je een allesverwoestende show die weinig heel liet. De flesjes water, die hij aan het einde van de set in het publiek gooide, waren dan ook echt geen overbodige luxe. Toch was niet heel de set stampen en beuken. Toen Angèle zich bij haar broer voegde voor het vertederende J'ai Vu, maakten de moshpits plaats voor eensgezind en ritmisch heen- en weergezwaai van armen en petjes. Oh ja, en dit keer geen opblaasbare krokodillen voor Bruxelles Arrive. Wellicht had zijn allesverbrijzelende stagedive op Les Solidarités daar iets mee te maken.

We zouden deze lijst graag verder aanvullen. Ook Mac Demarco, Slowdive, Jain, Deluxe en veel meer artiesten wisten ons hart te veroveren. Maar zoals al eerder gezegd: kiezen is verliezen. Één ding staat vast: c'était chaud. Je t'aime, Rock en Seine!

29 augustus 2017
Jeroen Poelmans